2011/117: Klacht over onderzoek Douane op Schiphol na verzuimen aangeven contant geld

Rapport

Natuurlijke personen die de Europese Gemeenschap binnenkomen of verlaten zijn verplicht aangifte te doen als zij meer dan € 10.000 aan contant geld bij zich dragen. Dit wordt door de Douane op Schiphol door middel van verschillende informatiemiddelen kenbaar gemaakt. Verzoeker en zijn echtgenote en twee kinderen reisden van Barcelona via Schiphol naar Lima. Zowel bij verzoeker als bij zijn echtgenote werd meer dan € 10.000 aangetroffen zonder dat zij daarvan aangifte hadden gedaan.

Verzoeker klaagde over de wijze waarop hij en zijn gezin op Schiphol zijn behandeld door medewerkers van de Douane. Zo zou de echtgenote van verzoeker haar t-shirt, in het bijzijn van de overige passagiers bij de gate, hebben moet optillen om aan te tonen dat zij daar geen geld droeg. De Douane is gerechtigd om bij de gate een onderzoek uit te voeren. Doorgaans gebeurt dit snel om te voorkomen dat passagiers hun vlucht missen. In het geval van de echtgenote van verzoeker zorgde deze snelheid er echter voor dat het handgebaar van de douanebeambte verkeerd werd geïnterpreteerd. De Nationale ombudsman oordeelde dat de keuze van de Douane om op deze manier snelheid in het onderzoek te houden niet proportioneel was en dat de Douane voor een zorgvuldiger en minder belastende aanpak had moeten kiezen.

Het verhoor dat vervolgens plaatsvond op een andere locatie, viel het hele gezin erg zwaar. Hoewel voor de Douane op een gegeven moment vaststond dat er geen sprake van witwassen of terrorisme, werd doorgegaan met het stellen van vragen die voor verzoeker belastend waren. De Nationale ombudsman oordeelde dat het niet proportioneel was dat de Douane er in dit geval voor koos de vragenlijst verder af te werken.

De Nationale ombudsman achtte de klacht van verzoeker op de bovenstaande twee punten gegrond wegens schending van het evenredigheidsvereiste.

Hoewel de Douane aan zijn plicht voldeed door verzoeker en zijn echtgenote te ondervragen over de hoeveelheid geld die zij bij zich hadden, oordeelde de Nationale ombudsman dat de Douane in dit geval tekort is geschoten in het inzetten van empatische vaardigheden. De Douane had meer aandacht moeten hebben voor de emotionele toestand van verzoeker en zijn gezin tijdens het belastende onderzoek.

De Nationale ombudsman achtte de klacht van verzoeker op dit punt gegrond wegens schending van het vereiste van correcte bejegening.

Instantie: Belastingdienst/Douane West

Klacht:

gebeurtenissen bij gate F6 en in de verhoorruimte bij reclaim 4 op Schiphol

Oordeel:

Gegrond

Instantie: Belastingdienst/Douane West

Klacht:

aandacht voor verzoeker en zijn gezin

Oordeel:

Gegrond