2005/370

Rapport

Verzoekers werkgever, een taxibedrijf, vroeg voor verzoeker (chauffeur) een ontslagvergunning aan omdat één van de belangrijkste dagvullingen, het ziekenvervoer voor het ziekenfonds, voor een aanzienlijk deel zou komen te vervallen.

Verzoeker klaagde er onder meer over dat de CWI aan zijn werkgever toestemming had verleend om de arbeidsverhouding met hem te beëindigen ondanks het feit dat de aanvraag niet was onderbouwd met cijfermatige gegevens.

De Nationale ombudsman overwoog onder meer het volgende. De ontslagaanvraag was erop gebaseerd dat een wijziging in de toepasselijke regelgeving per 1 juni 2004 tot gevolg had dat zorgverzekeraars minder ziekenvervoer zouden gaan vergoeden. Uit de door de werkgever bijgevoegde stukken, in het bijzonder een afschrift van de Regeling ziekenvervoer Ziekenfondswet, bleek dat die gevolgen waarschijnlijk vrij ingrijpend zouden zijn voor de vergoeding van het ziekenvervoer; met de regeling was immers een forse bezuiniging op het ziekenvervoer beoogd. Daarom kon de Raad van bestuur worden gevolgd voor zover zij aangaf dat de werkgever, ook zonder dat cijfermatige gegevens waren overgelegd, voldoende aannemelijk had gemaakt dat de inwerkingtreding van de Regeling ziekenvervoer Ziekenfondswet per 1 juni 2004 het voor werkgever noodzakelijk maakte maatregelen te nemen.

Echter, aan de hand van de door de werkgever overgelegde stukken kon naar de mening van de Nationale ombudsman niet worden vastgesteld dat de gevolgen van de bezuini­gingen voor deze werkgever dermate ingrijpend waren dat het ontslag van verzoeker onontkoombaar was. De door een consultingbureau overgelegde verklaring moest in dit verband onvoldoende worden geacht daar de conclusie, dat de omzet vanaf 1 juni 2004 met minstens 50% zou dalen, op geen enkele wijze was onderbouwd. Gegevens over de omzet tot op dat moment alsmede gegevens over het aandeel dat het ziekenvervoer in deze omzet had werden niet overgelegd. Voorts werd door de werkgever geen inzicht gegeven in het totaal aantal ritten dat door het taxibedrijf werd gereden alsmede in de verhouding ziekenvervoer/overig vervoer.

Onder deze omstandigheden had de CWI er juist aangedaan bij de werkgever alsnog bedoelde nadere gegevens op te vragen.

Overschreden norm: vereiste van actieve en adequate informatieverwerving. De gedraging is niet behoorlijk.

Overige klachtonderdelen:

- de toepassing van het anciënniteitsbeginsel

- het niet toepassen van een tweede ronde van hoor en wederhoor

- de wijze van klachtafhandeling (met instemming)

Instantie: Centrale organisatie werk en inkomen

Klacht:

Verzoekers werkgever toestemming verleend hem te ontslaan: ondanks verzoekers uitgebreide verweer geen tweede ronde van hoor en wederhoor laten plaatsvinden, toestemming verleend ondanks het feit dat de aanvraag niet was onderbouwd met cijfermatige gegevens, anciënniteitsbeginsel niet juist toegepast door als uitgangspunt te nemen dat geen sprake was van onderling uitwisselbare functies; wijze van klachtafhandeling: verzoeker geen mogelijkheid gegeven zijn bezwaren mondeling toe te lichten, klacht ongegrond verklaard zonder inhoudeljke reactie te geven.

Oordeel:

Gegrond