2009/115

Rapport

Verzoeker treedt regelmatig als rechtsbijstandverlener op in procedures over bekeuringen die zijn uitgeschreven vanwege het overtreden van verkeersvoorschriften. In verband met die procedures dient verzoeker geregeld verzoeken om informatie in bij de politie.

Verzoeker klaagde erover dat de politie rechtstreeks informatie over de voor rechtsbijstand in rekening gebrachte kosten had ingewonnen bij twee van zijn cliënten, terwijl verzoeker als hun gemachtigde optrad.

De Nationale ombudsman overwoog dat de mogelijke antwoorden die de cliënten van verzoeker hadden kunnen geven op de vragen van de politie geen informatie konden bevatten die de politie nodig had. Het desondanks benaderen van deze cliënten met vragen over de door verzoeker gevoerde praktijk is een uiting van wantrouwen jegens verzoeker.

De Nationale ombudsman oordeelde dat de politie in strijd met het verbod van vooringenomenheid had gehandeld door op deze wijze rechtstreeks informatie in te winnen bij de cliënten van verzoeker. Hij achtte de onderzochte gedragingen niet behoorlijk.

Instantie: Korps landelijke politiediensten

Klacht:

Telefonische informatie ingewonnen bij mevrouw V. naar aanleiding van een bestuursrechtelijke procedure bij de mevrouw, waarin verzoeker optrad als haar gemachtigde; schriftelijke informatie ingewonnen over financiële afspraken tussen de heer K. en verzoeker, terwijl verzoeker op dat moment optrad als K's gemachtigde in een lopende bezwaarprocedure.

Oordeel:

Gegrond