2005/333

Rapport

Nadat positief was geadviseerd op de gevraagde aanpassing van hun woning wegens de handicap van hun dochter, werd aan verzoekers een andere woning toegewezen. Na oplevering constateerden verzoekers dat de woning niet geschikt was voor hun situatie. Nadat een extern bureau door de gemeente om een indicatieadvies was gevraagd werd ruim een jaar later bouwvergunning verleend voor de noodzakelijke aanpassingen.

Verzoekers klaagden erover dat twee medewerkers van de gemeente niet langs waren geweest om poolshoogte te nemen, nadat zij schriftelijk op de hoogte waren gesteld van de ongeschiktheid van de woning en tevens een door verzoekers afgegeven videoband niet hadden bekeken.

De Nationale ombudsman overwoog dat tijdens de adviesprocedure inzake de Wet voorzieningen gehandicapten door het extern adviesbureau huisbezoeken waren afgelegd, waarbij de feitelijke situatie in ogenschouw was genomen. Daarnaast bleek dat de werkzaamheden van beide medewerkers zich beperkten tot de administratieve behandeling van aanvragen of tot de bezwaarschriftprocedure. Gelet op het reeds gevraagde advies, de in deze procedure uitgevoerde huisbezoeken en de werkzaamheden van beide medewerkers was naar het oordeel van de Nationale ombudsman gehandeld in overeenstemming met het vereiste van actieve en adequate informatieverwerving.

Daarnaast klaagden verzoekers er over dat een ambtenaar had meegedeeld dat het geen zin had een aanvraag op grond van de Wet voorzieningen gehandicapten in te dienen, omdat de gevraagde voorzieningen niet in het pakket van de WVG zaten.

De Nationale ombudsman overwoog dat een bestuursorgaan, in antwoord op een vraag over de haalbaarheid van een aanvraag, zijn zienswijze ter zake kan geven. Aangezien de verstrekte informatie was gebaseerd op de wettelijke regeling en niet was gebleken dat deze niet juist zou zijn geweest, was naar het oordeel van de Nationale ombudsman gehandeld in overeenstemming met het vereiste van actieve en adequate informatieverstrekking.

Instantie: Gemeente Uitgeest

Klacht:

Niet coöperatief opgesteld toen bleek dat aanpassingen in woning van verzoekers gehandicapte dochter niet voldoende waren: geweigerd zich persoonlijk op de hoogte te stellen van status woning, pas op later tijdstip kennis genomen van videoband, meegedeeld dat bepaalde aanvraag WVG geen zin had.

Oordeel:

Niet gegrond