CJIB hoeft geen acceptgirokaart te sturen om boete te betalen

Brief

Een vrouw ontving van het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) een boete voor een verkeersovertreding. Zij constateerde dat het CJIB geen acceptgirokaart met die verkeersboete had meegestuurd. De vrouw maakte geen gebruik van internetbankieren. Om de verkeersboete te kunnen voldoen, moest zij gebruikmaken van een overschrijvingskaart van haar bank. Hier waren voor haar echter kosten aan verbonden. De vrouw schreef het CJIB dat ze het daar niet mee eens was.

Het CJIB zag geen reden om de extra kosten voor het gebruik van een overschrijvingskaart te vergoeden. Sinds de komst van internetbankieren is het gebruik van de acceptgirokaart enorm afgenomen. Als iemand geen gebruik wil maken van internetbankieren, is er volgens het CJIB de mogelijkheid om met een overschrijvingskaart van de bank te betalen. Het CJIB merkte op geen invloed te hebben op de kosten die banken hiervoor in rekening brengen. De vrouw was niet tevreden over de reactie van het CJIB en wendde zich tot de ombudsman.

De Nationale ombudsman vindt de klacht van de vrouw niet gegrond. De ombudsman hield in eerdere rapporten de overheid een spiegel voor over de gevolgen van het digitaliseren van hun diensten. Op basis van deze rapporten formuleerde de ombudsman in zijn Ombudsvisie op digitalisering vier uitgangspunten die van belang zijn voor een overheid die digitaliseert. Een van die uitgangspunten is dat de overheid voor iedere burger toegankelijk moet zijn. De overheid moet een burger die geen gebruik kan of wil maken van digitaal bankieren een alternatieve betalingsmogelijkheid bieden. De ombudsman stelt vast dat het CJIB de vrouw de mogelijkheid bood om de verkeersboete te voldoen via een overschrijvingskaart van haar bank. Dat de bank haar voor die transactie met een overschrijvingskaart kosten in rekening bracht, valt het CJIB niet aan te rekenen.