Verdacht

Op deze pagina

    Column

    Het is al een een paar dagen onrustig rondom de woning van Miranda*. Twee auto’s rijden steeds 's nachts heen en weer en stoppen voor haar woning. Ze belt met 112 om dit te melden. Maar als de politie ter plaatse is, treffen zij niets aan. Ze belt later nog een keer. Na meerdere meldingen van Miranda en slapeloze nachten, staat de politie op de stoep en wil haar huis binnen. Als zij toegang weigert en de deur sluit, valt de politie haar huis binnen. De politie doet deze inval naar aanleiding van een anonieme melding over haar.

    De politie verdenkt Miranda ervan een hennepplantage in huis te hebben. Twee medewerkers van de politie willen daarom haar woning doorzoeken. Uiteindelijk treft de politie niets aan en vertrekt. Maar Miranda is er behoorlijk van overstuur. Ze dient een klacht in bij de politie over de gang van zaken. Daarnaast vraagt ze een vergoeding voor de schade die de politie heeft veroorzaakt aan haar deur. Maar de politie vindt dat zij juist heeft gehandeld en verklaart de klacht ongegrond. Ook het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen. Miranda voelt zich onrechtvaardig behandeld en heeft behoefte aan een onafhankelijk oordeel. Ze vraagt mij naar de zaak te kijken en ik zoek precies uit wat er gebeurd is.

    Uit mijn onderzoek blijkt dat de politie de verdenking tegen Miranda heeft gebaseerd op een anonieme melding. De politie noemt ook nog de anonieme melding van Miranda zelf over de verdachte auto’s. Dat laatste is onbegrijpelijk. Er was wat mij betreft met die ene anonieme melding een te wankele basis voor een verdenking. Ik verbaas mij erover dat de politie geen andere voor de hand liggende acties heeft ondernomen voordat Miranda tot verdachte werd bestempeld. Zo is het stroomverbruik van Miranda’s woning niet opgevraagd. Ook is geen geluid van mechanische ventilatie opgespoord en is niet met behulp van geurwaarnemingen het vermoeden onderzocht of er hennep gekweekt werd. Al met al had de politie uitvoeriger onderzoek moeten doen voordat zij Miranda als verdachte aanmerkte en haar huis binnenviel.

    Om die reden vind ik dat de politie Miranda's woning niet tegen haar wil had mogen betreden. Haar huisrecht is geschonden. Een verslag van binnentreden ontbreekt ook nog. Uit mijn onderzoek concludeer ik dat de politie geen machtiging tot binnentreden heeft getoond aan Miranda. Als dat wel was gebeurd, dan had Miranda de politie moeten binnenlaten. Maar zonder machtiging mag zelfs de politie je huis niet in, dus dat Miranda haar deur sloot is niet onjuist. Met de inval die daarop volgde is de schade aan haar deur ontstaan. Ik vind het daarom onredelijk dat de politie het schadeverzoek heeft afgewezen. Aan de korpsbeheerder heb ik gevraagd om de schade – die overigens bescheiden was - alsnog te vergoeden. Het zou mooi zijn als de zaak op die manier kan worden afgesloten.

    * Om privacyredenen is de naam veranderd