De Crisis Voorbij

Jaarlijks vragen ongeveer 30.000 mensen asiel aan in Nederland, zowel volwassenen als kinderen. Al langere tijd bestaan er problemen in de asielprocedure, die begint als asielzoekers in Nederland aankomen: het aanmeldcentrum in Ter Apel is overbelast, de reguliere asielzoekerscentra (AZCs) zitten vol, en de doorstroom voor statushouders naar reguliere huisvesting loopt vast. 

Gezin loopt met koffers bij AZC

In een poging om oplossingen te vinden werden daarom naast AZCs ook noodopvang- en crisisnoodopvanglocaties gerealiseerd. De Nationale ombudsman en Kinderombudsman ontvangen al een langere tijd regelmatig klachten en signalen over de knelpunten in de asielketen. Dit gaat niet alleen over de opvang van asielzoekers, maar ook over problemen rondom gezinshereniging en de duur van de beslistermijn van de Immigratie en Naturalisatie Dienst (IND). De signalen over de schrijnende situaties in met name de (crisis)noodopvang leidden ertoe dat de ombudsmannen in 2023 een onderzoek startten naar dit onderwerp.

Het onderzoek richtte zich op de vraag wat er moet gebeuren om de voorzieningen in de crisisnoodopvang te verbeteren. Daarom formuleerden de ombudsmannen een duidelijk normenkader van mensen- en kinderrechten. Dit normenkader geeft duidelijke richtlijnen aan de Rijksoverheid, lokale overheid en de veiligheidsregio's. Het kader beschrijft aan welke vereisten de crisisnoodopvang moet voldoen. Hiermee sporen de ombudsmannen de overheid om aan haar mensen- en kinderrechtelijke verplichtingen te voldoen.

In dit onderzoek hebben we allereerst een uitgebreid dossier- en literatuuronderzoek gedaan. Hiermee is een mensen- en kinderrechtelijk kader vastgesteld op basis van (internationale) verdragen en jurisprudentie. Daarnaast zijn een aantal stakeholders geïnterviewd, waaronder vertegenwoordigers van het Ministerie van Justitie en Veiligheid, Unicef, Pharos, Kind in AZC, de United Nations High Commissioner for Refugees (UNHCR), het Rode Kruis en de IND. Deze gesprekken en de analyse van de meldingen die over een periode van anderhalf jaar bij de ombudsmannen zijn binnengekomen, leverden de informatie voor de verdere gesprekken met de uitvoeringspraktijk.

Om zicht te krijgen op de knelpunten in de uitvoeringspraktijk hebben de onderzoekers vijf crisisnoodopvanglocaties bezocht in vijf verschillende gemeenten. Binnen deze vijf casestudies hebben de onderzoekers gesproken met gemeenteambtenaren, burgemeesters, medewerkers van het Centraal Opvang Asielzoekers (COA), Vluchtelingenwerk, zorgmedewerkers, beveiliging, begeleiders, vrijwilligers en locatiemanagers. Ook zijn binnen deze vijf casestudies dertien gezinnen gesproken, waaronder in totaal 24 kinderen, en drie alleengaande vaders. Op de resultaten van het onderzoek is daarnaast nog input geleverd door de Inspectie J&V, het COA, Vluchtelingenwerk en drie kinderpsychiaters.

Op basis van het onderzoek signaleren de ombudsmannen een aantal knelpunten in de leefomstandigheden van de gezinnen in de crisisnoodopvang. Deze knelpunten  leiden ertoe dat de algemene waardigheid van mensen – volwassenen en kinderen – ernstig onder druk staat. De belangrijkste conclusies van de ombudsmannen zijn dat de overheid: 

a. Te weinig oog heeft voor de noodzaak voor eigen regie en autonomie. 

b. Niet voldoet aan de verplichting een menswaardige levensstandaard te garanderen. 

c. Nauwelijks informatie verstrekt en transparantie betracht. 

d. Voorbijgaat aan belangen van kinderen en hun ontwikkelingsperspectief 

e. Verschillende groepen vluchtelingen ongelijk behandelt.
 

Vanuit het vastgestelde normenkader van mensenrechten en kinderrechten doen de ombudsmannen een aantal aanbevelingen richting gemeenten en veiligheidsregio’s, met de oproep deze per direct uit te voeren. Het gaat dan om: 

• zorgen voor huisvesting met voldoende privacy en kookvoorzieningen. 

• het organiseren van onderwijs en een zinvolle dagbesteding. 

• doen wat nu al kan en daarbij gebruik te maken van de kennis en expertise van bewoners, omwonenden en andere locaties. 

• het stoppen met de vele en ongevraagde verhuisbewegingen. 

• het praten met kinderen en hun belang voorop te zetten. En te zorgen voor professioneel zicht op de ontwikkeling van kinderen. 
 

Daarnaast bevelen de ombudsmannen het ministerie van J&V aan in samenwerking met de ministeries van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) te zorgen dat: 

• de crisisnoodopvang wordt omgebogen tot vaste opvang; 

• geïnvesteerd wordt in structurele capaciteit van de IND om wachtlijsten op te lossen en te voorkomen; 

• geïnvesteerd wordt in de structurele kwaliteit en capaciteit van het nieuwkomersonderwijs.