2012/054: Vrouw en vriend klagen over doorgeven zorgmelding van ex-partner over vriend door Reclassering aan AMK

Rapport

Verzoekers A en B waren in het najaar van 2009 (nog) getrouwd, zij hadden samen drie kinderen. Verzoeker C had toen al een relatie met mevrouw A. C was kort daarvoor door de rechtbank veroordeeld tot onder meer een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf vanwege ontucht met een minderjarige. Als bijzondere voorwaarde had de rechtbank daarbij opgelegd dat C gedurende de proeftijd de aanwijzingen van de Reclassering diende op te volgen. Een van deze aanwijzingen was dat C geen contact mocht onderhouden met de kinderen van A en B. De Reclassering ontving in de loop van 2009 meerdere signalen dat C deze aanwijzing had overtreden. De Reclassering heeft hierover gerapporteerd aan het Advies- en meldpunt Kindermishandeling (AMK).

Verzoekers klagen er over dat Reclassering Nederland een melding van B over C zonder noodzaak en overleg heeft doorgegeven aan het AMK.

Voorafgaand aan de melding van B had de Reclassering al twee andere signalen ontvangen dat C wel contact had met de kinderen van A en B. Het is dus niet juist dat de Reclassering op een enkel signaal heeft gereageerd, zoals door verzoekers is gesteld. Naderhand heeft het AMK op basis van zijn onderzoek geconcludeerd dat de kinderen niet in een bedreigende situatie hebben gezeten. De Nationale ombudsman acht het echter juist dat de Reclassering de belangen van de kinderen het zwaarst heeft laten wegen. Dat is ook in overeenstemming met het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind.

Redelijkheidsvereiste. Klacht niet gegrond.

Instantie: Stichting Reclassering Nederland

Klacht:

een melding van één verzoeker over de andere verzoeker zonder noodzaak en zonder overleg doorgegeven aan het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling

Oordeel:

Niet gegrond