2005/157

Rapport

Verzoeker diende een klacht in bij het hoofd van de sector Stadsontwikkeling van de gemeente. Verzoeker klaagde over de wijze waarop hij door mevrouw X, medewerker van deze sector was bejegend tijdens een telefoongesprek op 12 augustus 2004.

Verzoeker klaagde er bij de Nationale ombudsman over dat hij tijdens de behandeling van zijn klacht door de gemeente was gehoord door bovengenoemd sectorhoofd, terwijl de gemeentelijke klachtenregeling bepaalde dat een klacht over een ambtenaar namens het college van burgemeester en wethouders wordt behandeld door de directeur tot wiens portefeuille de klacht behoort en dat de klachtbehandelaar onder meer het horen voor zijn rekening neemt.

De Nationale ombudsman overwoog dat, hoewel volgens de letter van de bepalingen van de gemeentelijke klachtenregeling de algemeen directeur verzoeker had moeten horen, niet kon worden geconcludeerd dat het feit dat verzoeker door het sectorhoofd was gehoord, als niet behoorlijk moest worden gekwalificeerd. Uit de toelichting bij de klachtenregeling, die deel uitmaakte van de klachtenregeling, bleek immers dat doorgaans een ander dan de directeur (waarbij onder meer het sectorhoofd werd genoemd) het horen voor zijn rekening zou nemen. Zulks achtte de Nationale ombudsman niet in strijd met hoofdstuk 9 van de Awb in het algemeen of met artikel 9:7, eerste lid, Awb in het bijzonder. Het sectorhoofd dat verzoeker had gehoord was niet betrokken geweest bij de gedraging waarover verzoeker bij de gemeente klaagde. De Nationale ombudsman wees er verder op dat verzoeker er in de bevestiging van de ontvangst van zijn klaagschrift over was geïnformeerd dat het sectorhoofd zijn klacht zou behandelen. Al met al kon niet worden gezegd dat verzoeker een gerechtvaardigde verwachting had dat hij door de algemeen directeur zou worden gehoord. Overigens was volgens de Nationale ombudsman niet gebleken dat verzoeker in zijn belangen was geschaad als gevolg van het feit dat hij was gehoord door het sectorhoofd in plaats van de algemeen directeur.

Van strijd met het rechtszekerheidsvereiste was volgens de Nationale ombudsman geen sprake. De onderzochte gedraging achtte hij behoorlijk.

Overige klachtonderdelen:

- de motivering van de beslissing op de klacht

- wederhoor

- het oordeel in de beslissing op de klacht

Instantie: Gemeente Alkmaar

Klacht:

Wijze van klachtbehandeling: beslissing op klacht onvoldoende gemotiveerd;.

Oordeel:

Gegrond

Instantie: Gemeente Alkmaar

Klacht:

Verzoeker gehoord door sectorhoofd en niet door de directeur;.

Oordeel:

Niet gegrond

Instantie: Gemeente Alkmaar

Klacht:

Verzoeker niet in gelegenheid gesteld te reageren op het standpunt van degene op wie zijn klacht betrekking had; klacht ongegrond verklaard.

Oordeel:

Geen oordeel