2001/082

Rapport

Verzoeker klaagt er over dat het dagelijks bestuur van het waterschap Het Lange Rond te Alkmaar niet heeft voldaan aan zijn verzoek de schade te vergoeden die hij leed doordat veerpont De Woude op 10 september 1999 's ochtends uit de vaart was gegaan (verzoeker kon daardoor een afspraak met de tandarts niet nakomen).

Beoordeling

1. Verzoeker woont in het dorp De Woude, dat over de weg alleen is te bereiken via een pontverbinding. Verzoeker liet weten dat hij op 10 september 1999 een afspraak met de tandarts niet kon nakomen, doordat de veerpont 's ochtends uit de vaart was genomen en hij niet tijdig was gewaarschuwd. Hij klaagt er over dat het dagelijks bestuur van het waterschap Het Lange Rond te Alkmaar niet heeft voldaan aan zijn verzoek om de schade te vergoeden die hij daardoor heeft geleden.

2. Op waterschap Het Lange Rond rust ingevolge het waterschapsreglement de zorg voor de waterkeringen in het waterschapsgebied, met inbegrip van de zorg voor de op de waterkeringen gelegen wegen (zie Achtergrond, onder 1.). In het kader daarvan onderhoudt het waterschap de pontverbinding van en naar het dorp De Woude.

Het waterschap heeft de exploitatie van de pontverbinding uitbesteed aan rederij X BV te Amsterdam. Het waterschap heeft met de rederij een overeenkomst afgesloten inzake de uitbesteding van de exploitatie van de veerverbinding.

3. In boek 8 van het Burgerlijk Wetboek (verkeersmiddelen en vervoer) zijn regels gesteld inzake de aansprakelijkheid van de vervoerder voor schade van de reiziger. In artikel 108 is bepaald dat de vervoerder niet aansprakelijk is voor schade die de reiziger lijdt doordat de vervoerder afwijkt van de dienstregeling (zie Achtergrond, onder 2.).

Vervoerder in de zin van het Burgerlijk Wetboek is de rederij X BV.

4. Buiten de eventuele aansprakelijkheid van de vervoerder om, rust op het waterschap een algemene verantwoordelijkheid voor het functioneren van de pontverbinding.

In dit kader heeft het waterschap onder meer een tarievenverordening opgesteld, waarin bepalingen zijn opgenomen over onder meer de tijden waarop de rederij gehouden is voor overtocht met het pontveer zorg te dragen en de tarieven van de veerdienst (zie Bevindingen, onder C.3.). Voorts is de rederij, ingevolge de overeenkomst die het waterschap met de rederij inzake de exploitatie van het pontveer heeft afgesloten, verplicht om wijzigingen in de dienstregeling zo spoedig mogelijk ter kennis te brengen van het publiek (zie Bevindingen, onder C.4.). Weliswaar is de overeenkomst pas afgesloten in november 1999, maar uit de overwegingen kan worden afgeleid dat het de bedoeling van partijen is dat de veerverbinding vanaf 1 januari 1999 volgens de bepalingen van de overeenkomst wordt uitgevoerd.

Tevens heeft het waterschap afspraken gemaakt met de rederij over het uit de vaart nemen van de pont en de wijze waarop het publiek (en meer in het bijzonder de bewoners van het dorp De Woude) daarvan op de hoogte worden gebracht.

5. De Nationale ombudsman stelt zich krachtens vast beleid terughoudend op bij de beoordeling van (klachten over) de afwijzing van schadeclaims (zie Achtergrond, onder 3.). Gezien het bovenstaande - met name het bepaalde in artikel 108 van boek 8 van het Burgerlijk Wetboek - kan niet worden gesteld dat de aanspraak van verzoeker op schadevergoeding door het waterschap zo evident juist is dat het waterschap niet in redelijkheid tot zijn afwijzende besluit heeft kunnen komen. Bovendien kan gezien hetgeen onder 4. is aangegeven, niet worden gesteld dat het waterschap tekort is geschoten inzake zijn verantwoordelijkheid ten aanzien van het functioneren van de pontverbinding.

De onderzochte gedraging is behoorlijk.

Conclusie

De klacht over de onderzochte gedraging van het dagelijks bestuur van het waterschap Het Lange Rond is niet gegrond.

Onderzoek

Op 30 november 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer Y te De Woude, met een klacht over een gedraging van het dagelijks bestuur van het waterschap Het Lange Rond te Alkmaar.

Nadat verzoeker nadere informatie had verstrekt, werd naar deze gedraging een onderzoek ingesteld.

In het kader van het onderzoek werd het dagelijks bestuur van het waterschap Het Lange Rond (verder: het waterschap) verzocht op de klacht te reageren en een afschrift toe te sturen van de stukken die op de klacht betrekking hebben.

Vervolgens werd verzoeker in de gelegenheid gesteld op de verstrekte inlichtingen te reageren.

Tevens werd het waterschap een aantal specifieke vragen gesteld.

Het resultaat van het onderzoek werd als verslag van bevindingen gestuurd aan betrokkenen.

Het waterschap deelde mee zich met de inhoud van het verslag te kunnen verenigen. Verzoeker berichtte dat het verslag hem geen aanleiding gaf tot het maken van opmerkingen.

Bevindingen

De bevindingen van het onderzoek luiden als volgt:

A. feiten

1. Verzoeker woont in het dorp De Woude. Deze poldergemeenschap, die deel uitmaakt van de gemeente Akersloot, wordt geheel omringd door water en is over de weg alleen te bereiken via een pontverbinding over de Markervaart. Het waterschap Het Lange Rond is verantwoordelijk voor de veerverbinding. Het waterschap heeft de feitelijke exploitatie daarvan in handen gegeven van X BV te Amsterdam.

2. In een brief van 19 september 1999 schreef verzoeker onder meer het volgende aan het waterschap:

"In verband met het uit de vaart nemen van de pont van De Woude op 10 september, claim ik bij deze de bijgesloten tandartsnota. Dit om onderstaande redenen.

Voor 9.00 's morgens werden slechts enkele inwoners van De Woude op de hoogte gesteld van het uit de vaart nemen van de pontveer. Deze bewoners konden hun auto's nog even overzetten. Ik werd, evenals enkele andere bewoners, hiervan niet op de hoogte gesteld zodat ik geen maatregelen kon nemen en om half elf voor een voldongen feit werd gesteld toen ik naar de tandarts wilde vertrekken.

Zo langzamerhand is het uit de vaart nemen meer regel dan uitzondering. Maatregelen uwerzijds voor reparaties in oktober komen dus veel te laat.

Tenslotte wil ik nog opmerken dat alle bewoners of wel of niet geïnformeerd moeten worden. Het is toch onvoorstelbaar dat u slechts enkele bewoners laat informeren."

Verzoeker zond een kopie van de brief naar de gemeente Akersloot en naar de rederij die de pontverbinding exploiteert.

3. Bij brief van 13 oktober 1999 deelde het waterschap verzoeker het volgende mee:

"…Uw brief hebben wij doorgestuurd naar de exploitant van veerpont De Woude, rederij X BV te Amsterdam.

Volgens de bepalingen in boek 8 BW dient niet ons waterschap, maar de exploitant aansprakelijk te worden gesteld voor dergelijke schade.

Het is echter nog maar zeer de vraag of zij die aansprakelijkheid accepteert. Volgens ons is de exploitant verantwoordelijk voor het op een "veilige wijze" overzetten, maar kan zij niet aansprakelijk worden gesteld voor het niet "tijdig" overzetten.

Wij zijn wel met u eens, en dat is ook met rederij X BV afgesproken, dat indien de pont uit de vaart wordt genomen, bewoners daarvan tijdig op de hoogte moeten worden gebracht. Wij zullen rederij X BV daar nog eens nadrukkelijk op wijzen.

Overigens kunnen wij ons niet voorstellen dat in een dergelijke overmachtsituatie uw tandarts volhardt in zijn standpunt dat de rekening dient te worden betaald. Wij raden u aan uw tandarts op de hoogte te brengen van het feit dat de pont die dag niet heeft gevaren. Indien u dit wenst zullen wij uw verhaal ondersteunen.

Wij vertrouwen er op u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd…"

4. In een brief van 8 december 1999 liet rederij X BV verzoeker onder meer het volgende weten:

"De afgelopen maanden zijn er nogal wat storingen geweest met de pont. Als vervangend vervoermiddel wordt dan de roeiboot ingezet. Wij begrijpen dat dat hinder met zich meebrengt, maar kunnen u op basis van onze leveringsvoorwaarden geen vergoeding toekennen."

B. Standpunt verzoeker

1. Het standpunt van verzoeker is in het kort weergegeven in de klachtformulering onder Klacht.

2. In zijn verzoekschrift merkt verzoeker onder meer het volgende op:

"In verband met mijn gezondheid moet ik regelmatig naar een specialist en ik wil er zeker van zijn dat ik in situaties als van 10 september, de kosten van een taxi in rekening kan brengen.

Te uwer informatie nog het volgende:

Door mijn handicap is lopen erg moeilijk, zodat ik altijd mijn auto meeneem op de pont.

Openbaar vervoer is hier niet meer.

Een van de boeren op het eiland, de heer (…), heeft in een dergelijk geval wel een claim vergoed gekregen, toen hij zijn melk niet meer naar de overkant kon brengen."

3. Op 25 januari 2000 ontving de Nationale ombudsman van verzoeker een brief waarin hij zijn bezwaren nader toelichtte. Verzoeker merkt daarin onder meer het volgende op:

" X BV heeft mij een brief gestuurd waarin gewezen wordt op overmacht en op de mogelijkheid van het inzetten van een roeiboot (maar vanaf de overkant is geen openbaar vervoer meer), tevens kreeg ik een boekje met vervoersvoorwaarden, die echter niet toegespitst zijn op deze problemen en deze pontverbinding."

C. Standpunt waterschap Het Lange Rond

1. In reactie op de klacht en op een aantal vragen die naar aanleiding daarvan door de Nationale ombudsman waren gesteld liet het waterschap bij brief van 23 maart 2000 onder meer het volgende weten:

"Voor uw eerste vraag kan ik verwijzen naar de toelichting van de in juli 1999 door het algemeen bestuur van waterschap Het Lange Rond vastgestelde tarievenverordening pont De Woude (…). Hierin staat vermeld dat waterschap Het Lange Rond de beheers- c.q. uitvoeringsverantwoordelijkheid van de pont De Woude per 1 januari 1999 heeft overgenomen van de gemeente Akersloot. Het waterschap heeft de pontverbinding overgenomen als onderdeel van het wegenbeheer van boezemwaterkeringen.

Een en ander is geschied door middel van een overeenkomst van overdracht van 21 januari 1999 tussen de gemeente en het waterschap (…).

Hieruit voortvloeiende heeft het waterschap zichzelf de verplichting opgelegd op werkdagen van 6.00 tot 22.00 uur en op zaterdagen, zon- en feestdagen van 8.00 tot 12.00 uur voor overtocht met het pontveer zorg te dragen zo spoedig als redelijkerwijs kan worden verlangd (zie artikel 3 van de tarievenverordening pont De Woude). Voor het overige zijn met rederij X BV afspraken gemaakt met betrekking tot het onderhoud van de pont. Dit alles is contractueel vastgelegd in een overeenkomst (…).

Voor wat betreft het door u (…) aangehaalde, merken wij op dat het waterschap als onderdeel van het wegenbeheer op zich heeft genomen, de beheers- c.q. uitvoeringsverantwoordelijkheid van pont De Woude (zie bovenstaande). Deze verantwoordelijkheid zijn wij dan ook niet uit de weg gegaan en is nog eens onderstreept in de overwegingen van de overeenkomst met rederij X BV. Zo goed als mogelijk proberen wij ons van deze taak te kwijten.

Dit betekent echter volgens ons niet dat daarmee een andere, dan het aansprakelijkheids-regime genoemd in het BW, van toepassing wordt.

Waar het gaat om het niet tijdig overzetten van personen of zaken is de feitelijk vervoerder aldus volgens ons aansprakelijk."

2. In reactie op nadere vragen van de Nationale ombudsman liet het waterschap bij brief van 8 juni 2000 onder meer het volgende weten:

"Wanneer in onze brief van 13 oktober 1999 geschreven wordt dat met rederij X BV is afgesproken dat de bewoners er tijdig van op de hoogte moeten worden gebracht indien het pontveer uit de vaart wordt genomen, wordt hiermee niet alleen gedoeld op het door u aangehaalde artikel 6, tweede lid, sub c van de overeenkomst met rederij X BV.

Met rederij X BV zijn, tijdens een van de vele gesprekken die wij met hen hebben gevoerd, afspraken gemaakt omtrent het uit de vaart nemen van de pont ingeval dat nodig mocht zijn vanwege onderhoud. Afgesproken is dat de bewoners persoonlijk op de hoogte worden gebracht van het reguliere onderhoud dat iedere twee weken, het gehele jaar door, plaats heeft. Daarnaast kan het nodig zijn dat de pont uit de vaart dient te worden genomen vanwege een technische storing. Hiervan worden de bewoners tenminste enkele dagen van tevoren op de hoogte gebracht middels een persoonlijk schrijven of een aanplakbiljet bij de aanlegplaatsen van het pontveer. Overigens wordt tevens zoveel als mogelijk voor een alternatief vervoermiddel gezorgd.

Bij het naleven van al deze afspraken is ons waterschap natuurlijk ook afhankelijk van de exploitant en met name de discipline van de pontbaas.

Op 10 september 1999 konden de bewoners van De Woude, vanwege een plotselinge storing, niet tijdig worden geïnformeerd over het uit de vaart nemen van het pontveer. Het waterschap heeft daarom gemeend, uit coulance overwegingen, een boer die vanwege het uit de vaart genomen pontveer zijn melk niet kon afleveren en daarom genoodzaakt was deze weg te gooien, met een vergoeding tegemoet te moeten komen.

Deze vergoeding bedroeg minder dan de helft van de totale schade door deze boer geleden."

3. Bij de reactie op de klacht voegde het waterschap onder meer een afschift van de Tarievenverordening pont De Woude (verordening van 25 juni 1999). In deze verordening zijn onder meer bepalingen opgenomen over de tarieven van de veerdienst.

Artikel 1, sub a, b en c, van de verordening luidt als volgt:

"In deze verordening wordt verstaan onder:

a. het pontveer, de pontverbinding over de Markervaart tussen Starnmeerdijk/N246 en De Woude;

b. beheerder: de functionaris die in dienst is van exploitant die is belast met de dagelijkse zorg voor het pontveer;

c. exploitant: rederij X BV te Amsterdam, waaraan de verzorging van de pontverbinding door het waterschap is uitbesteed."

In artikel 3 is het volgende vermeld:

"Nadat het toepasselijke tarief aan de beheerder is voldaan, een geldig jaarabonnement aan hem/haar is getoond dan wel een geldige 10- of 50-vaartenkaart door hem/haar van een stempel of knip is voorzien, is de beheerder op werkdagen van 6.00 tot 22.00 uur en op zater-, zon- en feestdagen van 8.00 tot 22.00 uur gehouden voor overtocht met het pontveer zorg te dragen zo spoedig als redelijkerwijs van hem/haar kan worden verlangd."

4. Tevens voegde het waterschap bij de reactie een afschrift van de overeenkomst van 8 november 1999 tussen het waterschap Het Lange Rond en X BV inhoudende de regeling van uitbesteding van de exploitatie van de veerverbinding nabij De Woude.

In de overeenkomst is vermeld dat partijen bij het afsluiten daarvan onder meer overwogen dat:

"het Waterschap in (…) vanaf 1 januari 1999 de exploitatie van de veerverbinding wenst uit te besteden aan X BV.

(…)X BV bereid en in staat is de veerverbinding over te nemen c.q. te exploiteren, waarbij de uiteindelijk overname zal plaatsvinden in twee fasen en wel als volgt: een proefperiode van maximaal 3 jaar, ingaande op 1 januari 1999 - de uitbestedingsfase - wordt gevolgd door een definitieve overname, die afhankelijk is van de resultaten die gedurende de proefperiode zijn gebleken."

In artikel 6, tweede lid, sub c, van de overeenkomst van 8 november 1999 staat het volgende:

"2. X BV verplicht zich:

(…)

c. wijzigingen in de dienstregeling die noodzakelijk zijn in verband met herstelwerkzaamheden, vorst of andere extreme omstandigheden zo spoedig mogelijk ter kennis te brengen van het publiek."

D. Reactie verzoeker

1. Naar aanleiding van de reacties van het waterschap liet verzoeker bij brief van 7 juli 2000 onder meer het volgende weten:

"1. Er is geen alternatief vervoer mogelijk voor de auto. Het enige alternatief is het nemen van een taxi naar de plaats van bestemming. Openbaar vervoer is hier niet meer. Geplande afspraken zijn alleen op die manier te realiseren.

2. Als vroeg in de morgen slechts enkele bewoners gewaarschuwd worden dat het nog mogelijk is om met de auto over te varen voordat de pont voor reparatie uit de vaart gaat, voel ik me gepasseerd: Immers in deze kleine gemeenschap is het mogelijk om iedereen op tijd te waarschuwen. (…)

3. Dat het Waterschap afhankelijk is van de exploitant is mij duidelijk; echter het uit de vaart nemen wegens storingen is meer regel dan uitzondering. Coulance zou dan ook tegenover iedere bewoner die gedupeerd is op zijn plaats zijn en niet alleen incidenteel tegenover een boer die schade heeft."

2. Tevens wees verzoeker er bij brief van 12 juli 2000 op dat de overeenkomst tussen het waterschap en de rederij was afgesloten in november 1999 en dat zijn geschil met het waterschap al in september 1999 was ontstaan.

Ook zond verzoeker op 21 augustus 2000 een lijst in met data waarop er sprake was geweest van storingen aan het pontveer.

3. Tenslotte stuurde verzoeker op 20 januari 2001 een kopie van de rekening, gedateerd 15 september 1999, welke zijn tandarts hem had gestuurd in verband met het feit dat hij de afspraak op 10 september 1999 niet binnen 24 uur had afgezegd.

Achtergrond

1. Reglement voor het waterschap Het Lange Rond (Besluit van Provinciale Staten van de provincie Noord Holland van 14 september 1998, nr. 42, gepubliceerd in het provinciaal blad 1999 nr. 59)

Artikel 3:

"1. Het waterschap heeft tot taak:

a. de waterhuishouding, voor zover het betreft het waterkwaliteitsbeheer, met uitzondering van de zorg voor de wateren behorende tot de Schermerboezem en de Noordzeekanaalboezem;

b. de waterkeringszorg met inbegrip van de zorg voor de op die waterkeringen gelegen wegen.

2. Het waterschap heeft als neventaak de toepassing van de Scheepvaartverkeerswet, voor wateren waarvoor het waterschap is aangewezen als bevoegd gezag."

2. Burgerlijk Wetboek

Boek 8. Verkeersmiddelen en vervoer

Titel 2. Algemene bepalingen betreffende vervoer

Afdeling 5. Overeenkomst tot binnenlands openbaar personenvervoer

Artikel 100, eerste lid:

"…De overeenkomst van personenvervoer in de zin van deze afdeling is de overeenkomst van personenvervoer, waarbij de ene partij (de vervoerder) zich tegenover de andere partij verbindt aan boord van een vervoermiddel, geen luchtvaartuig noch luchtkussenvoertuig zijnde, een of meer personen (reizigers) en al dan niet hun handbagage binnen Nederland hetzij langs spoorstaven hetzij op andere wijze en dan volgens een voor een ieder kenbaar schema van reismogelijkheden (dienstregeling) te vervoeren…"

Artikel 108:

"De vervoerder is niet aansprakelijk voor schade die is veroorzaakt door vertraging, door welke oorzaak dan ook, vóór, tijdens of na het vervoer opgetreden, dan wel is veroorzaakt door welke afwijking van de dienstregeling dan ook."

3. In het geval van een klacht over een besluit van een bestuursorgaan tot aanwijzing van een verzoek om schadevergoeding stelt de Nationale ombudsman zich terughoudend op. In zo'n geval is immers de burgerlijke rechter de instantie die bij uitsluiting bevoegd is om bindend te beslissen over de vraag of, op grond van bepalingen van burgerlijk recht, het betrokken bestuursorgaan is gehouden om de gestelde schade te vergoeden.

Alleen wanneer is zo'n geval naar het oordeel van de Nationale ombudsman de aanspraak van betrokkene op schadevergoeding, gezien de gronden waarop deze aanspraak berust, zo evident juist is dat het betrokken bestuursorgaan niet in redelijkheid tot zijn afwijzende besluit heeft kunnen komen, wordt dat besluit tot weigering van de gevraagde schadevergoeding aangemerkt als een niet-behoorlijke gedraging.

In de overige gevallen gaat de Nationale ombudsman ervan uit dat het in beginsel vrijstaat aan het betrokken bestuursorgaan om te betwisten, dat het gehouden is tot het vergoeden van de gestelde schade, en om zich in verband daarmee op het standpunt te stellen dat de vraag naar die gehoudenheid - eventueel - moet worden beantwoord door de burgerlijke rechter. In die gevallen zal er voor de Nationale ombudsman geen reden zijn om het besluit tot weigering van de schadevergoeding aan te merken als een niet-behoorlijke gedraging.

Instantie: Waterschap Het Lange Rond Alkmaar

Klacht:

Niet voldaan aan verzoek schade te vergoeden die verzoeker leed doordat veerpont uit vaart was gegaan.

Oordeel:

Niet gegrond