Klachtencommissie Universiteit Twente behandelt klacht ondanks aandachtspunt goed

Brief

Een vrouw werkt bij de Universiteit Twente. Ze krijgt van haar leidinggevende te horen dat ze negatieve signalen heeft ontvangen over de manier waarop de vrouw samenwerkt. De vrouw wil weten wie iets negatiefs over haar heeft gezegd. Omdat aan de personen die zich negatief hebben uitgelaten vertrouwelijkheid is toegezegd, krijgt ze de namen niet. Ze meent wel te weten van wie de signalen komen en heeft die personen gesproken, maar ze wil het zeker weten. Ze vindt dat de werkomgeving nu onveilig is voor haar. Ze vindt dat ze al met al slecht is behandeld en dient een uitgebreide klacht in bij haar werkgever. De klachtencommissie van de universiteit onderzoekt de klacht en adviseert de klacht ongegrond te verklaren. De universiteit neemt het advies over.

De vrouw vindt het niet juist dat de universiteit het advies van de klachtencommissie heeft opgevolgd, want de klachtencommissie heeft niet genoeg onderzoek naar haar klachten gedaan. Ze vraagt de Nationale ombudsman naar de klachtafhandeling te kijken.

De Nationale ombudsman laat de vrouw weten dat hij een beperkte rol heeft als het om klachten over de arbeidsrelatie gaat. Wel kijkt hij of te begrijpen is dat de universiteit het advies van haar klachtencommissie heeft overgenomen. Hij vindt dat de klachtencommissie genoeg onderzoek heeft gedaan en dat het ongegrond verklaren van de klacht begrijpelijk is. Hij vindt dan ook dat de universiteit het advies heeft kunnen opvolgen. Hij vindt wel dat er een aandachtspunt is.

De klachtencommissie heeft namelijk niet expliciet een belangenafweging gemaakt van de anonieme feedback gevers op het niet verstrekken van hun namen, tegenover het belang van mevrouw om de namen te krijgen. Daarom vindt de Nationale ombudsman dat de universiteit bij het overnemen van het advies wel aandacht aan die belangenafweging had moeten besteden. De Nationale ombudsman heeft de universiteit hierop gewezen.