2015/036 Politie-eenheid Rotterdam had specifiek genoeg signalement om jongen als verdachte van winkeldiefstal aan te merken

Rapport

De politie in Gorinchem kreeg de melding door dat er zo juist iets was gestolen bij de Bristol. De dader was weggerend. Op basis van het signalement van de dader werd S. aangemerkt als verdachte. S. fietste op dat tijdstip van school naar huis. De politieambtenaren hebben vervolgens tegen hem gezegd dat hij verdacht werd van diefstal en gevraagd of zij binnen mochten komen in zijn huis. S. geeft toestemming hiervoor. De politieambtenaren weigerden om op zijn verzoek hun schoenen uit te trekken. Na enig onderzoek in de woning wordt duidelijk dat S. niet voldoet aan het signalement en vertrekken de politieambtenaren weer uit de woning.

De moeder van S. klaagt er over dat politieambtenaren van de regionale eenheid Rotterdam op 8 januari 2013 haar zoon ten onrechte hebben aangemerkt als verdachte van winkeldiefstal. Er was slechts een summier signalement van de mogelijke dader en haar zoon kwam vanuit een andere richting fietsen. Tevens klaagt zij over de manier waarop de politieambtenaren zijn binnengetreden in haar woning. Zo hebben zij geweigerd hun schoenen uit te doen en zijn zij doorgegaan met zoeken in de woning en de schuur nadat bekend was geworden dat haar zoon niet meer verdacht was.

De Nationale ombudsman toetst de klacht over de verdenking aan het vereiste van goed voorbereiding. Heeft de politie alle informatie die voorhanden was om tot een verdenking te komen verzameld en zijn zij op basis hiervan terecht tot de verdenking gekomen om S. als verdachte aan te merken? Gezien de specifieke feiten en omstandigheden in dit geval komt de Nationale ombudsman tot de conclusie dat het opgegeven signalement voldoende specifiek was om S. aan te kunnen merken als verdachte. De onderzochte gedraging is behoorlijk.

Ook het niet uittrekken van de schoenen wordt door de Nationale ombudsman beoordeeld als behoorlijk. Mocht het noodzakelijk zijn voor de betrokken politieambtenaren om met spoed op te treden zou het te lang duren om de veterschoenen aan te trekken. Nu de politieambtenaren werkzaam waren in de dienst die verantwoordelijk is voor het reageren op spoedmeldingen is dit begrijpelijk. Wel geeft de nationale ombudsman de politie in overweging om plastic schoenenhoesjes in de politievoertuigen mee te nemen. Dan kan men, als de situatie dat toelaat, voldoen aan de wens van een bewoner om zijn woning rein te houden zonder dat de veiligheid van henzelf of anderen daardoor in het geding komt.

Instantie: politie-eenheid Rotterdam

Klacht:

verzoeksters zoon ten onrechte aangemerkt als verdachte van winkeldiefstal

Oordeel:

Niet gegrond

Instantie: politie-eenheid Rotterdam

Klacht:

manier waarop de politieambtenaren zijn binnengetreden in verzoeksters woning

Oordeel:

Niet gegrond