Inning alimentatie door LBIO brengt kosten met zich mee

Brief

Na de scheiding hadden meneer en zijn ex-partner afspraken gemaakt over de betaling van de kinderalimentatie. Door corona kreeg meneer echter financiële problemen, waardoor hij de alimentatie niet meer kon betalen. De ex-partner van meneer schakelde hierop het LBIO in. Het ontvangen (de inning) van de alimentatie loopt hierdoor nu via het LBIO en de deurwaarder. Meneer is echter niet tevreden over de manier waarop dit gaat. Hij vindt het onterecht dat het LBIO de inning heeft overgenomen, nu hij wel weer alimentatie betaalt. Ook brengt het LBIO ten onrechte gelijk hoge kosten in rekening (de opslag- en executiekosten). Meneer dient daarom een klacht in bij het LBIO.

In een reactie op de klacht stelt het LBIO allereerst vast dat de klachtafhandelingsbrief te lang op zich heeft laten wachten. Hiervoor biedt het LBIO zijn excuses aan. Verder legt het LBIO uit waarom het de inning van de alimentatie heeft overgenomen. En waarom het LBIO de kosten die het LBIO en de deurwaarder moeten maken (de executie- en opslagkosten) ook in rekening brengt. Omdat meneer zich niet kan vinden in de reactie van het LBIO, neemt hij contact op met de Nationale ombudsman.

De Nationale ombudsman doet onderzoek naar de klacht. Hij vindt dat het LBIO de klacht netjes heeft afgehandeld. Het LBIO heeft namelijk zijn excuses aangeboden voor de verlate reactie op de klacht. Ook heeft het LBIO voldoende uitgelegd waarom verschillende stappen bij de inning van de alimentatie zijn gezet. En waarom meneer de opslag- en executiekosten ook moet betalen.