Klachtbehandeling door de politie blijft misgaan

Rapport

Een man wilde aangifte doen tegen een zorgverlener die weigerde zijn huissleutel terug te geven. Hij belde daarover met de politie, maar deze gesprekken verliepen niet goed. De man klaagde bij de politie dat hij tijdens die gesprekken niet goed met hem was omgegaan. Tijdens het proces kwam daar een klacht bij over de manier waarop de politie zijn klacht behandelde.

Eerdere tussenkomst Nationale ombudsman 

Op verzoek van de Nationale ombudsman heeft de politie de klacht van de man twee keer opnieuw behandeld. De politie bleef uiteindelijk bij haar standpunt dat van onheuse bejegening geen sprake was. De politie bood wel haar excuses aan voor de lange duur van de procedure.

De man was ook met deze reactie niet tevreden en klaagde bij de Nationale ombudsman dat de politie zijn klacht te beperkt had opgevat. Daarnaast klaagde hij over het oordeel van de politie over de opmerkingen tijdens de telefoongesprekken en de manier waarop een van die gesprekken was geëindigd.

Klacht gegrond 

De Nationale ombudsman vindt de klacht over de klachtbehandeling door de politie gegrond. De klacht ging niet alleen over de lange duur van de procedure maar ook over de manier waarop de politie is omgegaan met de opnames van de telefoongesprekken. Pas toen de klacht voor de derde keer werd behandeld kreeg de man de kans om daarop te reageren. De excuses voor de lange duur van de procedure waren daarom niet toereikend.

Daarnaast vindt de Nationale ombudsman de klacht over de bejegening tijdens de telefoongesprekken ook gegrond. Een van de telefoongesprekken werd uit het niets beëindigd nadat de man had gezegd dat hij een klacht wilde indienen. Dit is volgens de Nationale ombudsman niet behoorlijk. Verder heeft de politie erkend dat tijdens een ander gesprek twee ongelukkige uitspraken waren gedaan en dat de politiemedewerker onvoldoende terughoudendheid had betracht. De politie had de klacht van de man hierover daarom niet ongegrond mogen verklaren.