2010/244

Rapport

Over het functioneren van verzoekster als advocaat zijn de afgelopen 10 jaren meerdere klachten behandelend door achtereenvolgende dekens. Op haar beurt heeft verzoekster ook tal van klachten ingediend over collega's en Dekens. Dit onderzoek is daar een vervolg op.

Verzoekster klaagt er over dat de (inmiddels vorige) deken te Dordrecht haar klacht van 5 februari 2008 zelf heeft behandeld en niet ter behandeling heeft overgedragen aan de waarnemend Deken of een collega Deken van een ander arrondissement, hoewel deze klacht specifiek op hem betrekking had.

De Nationale ombudsman concludeert dat de Deken niet gehouden was om klachtbehandeling over te dragen, nu het hier ging om een klacht ingevolge 9:7 Awb en niet ingevolge 46c Advocatenwet. Overigens was gebleken dat de Deken de klacht feitelijk heeft laten behandelen door een gepensioneerd advocaat, tevens voormalig Deken in een ander arrondissement, en dat de Deken uiteindelijk heeft beslist conform het advies van deze klachtbehandelaar.

Vereiste van onpartijdigheid is niet geschonden en de klacht was dan ook niet gegrond.

Verder had verzoekster ook kritiek op opzet van hoorzitting en verslaglegging daarvan en persoon van de klachtbehandelaar. Deze klachten zijn niet gegrond. Ook is geen sprake van schending van mensenrechten door de Deken.

Instantie: Raad van Toezicht van de Orde van Advocaten in het arrondissement Dordrecht

Klacht:

Klacht over zichzelf afgehandeld en niet overgedragen aan waarnemend of collega Deken..

Oordeel:

Niet gegrond