Verzoeker heeft in mei 2004 aangifte gedaan van computerfraude door ex-werknemer. Nadat de officier van justitie de zaak had geseponeerd, gaf het gerechtshof in juli 2005 de opdracht het onderzoek te heropenen. Pas na tussenkomst van de Nationale ombudsman in mei 2007 heeft de officier van justitie het door het gerechtshof opgedragen gerechtelijk vooronderzoek (gvo) geopend. Het gvo werd in mei 2008 afgesloten.
Verzoeker klaagt erover dat de handelwijze van het arrondissementsparket eventuele strafvervolging van de verdacht ernstig heeft gecompliceerd.
Ook klaagt verzoeker erover dat het arrondissementsparket hem niet tussentijds op de hoogte heeft gehouden van eventuele vorderingen
Redelijkheidvereiste en vereiste van actieve en adequate informatieverstrekking. Beide klachten worden gegrond geacht.
In een slotbeschouwing merkt de No op dat door op deze wijze om te gaan met de aangifte van verzoeker het OM de belangen van verzoeker op ernstige wijze heeft verwaarloosd en dat aanleiding bestaat om verzoeker op passende wijze excuses aan te bieden.