2007/151

Rapport

Aangiften en daaruit voortvloeiende aanslagen (maar ook verzoeken om vermindering, bezwaarschriften e.d.) lopen bij de Belastingdienst via 2 grote automatiseringssystemen, die in 2005 voor het eerst zijn gekoppeld. Een van die 2 systemen reageert (automatisch) op een meer dan marginale verandering (vergeleken met een voorgaand jaar) in het belastbare inkomen. Nadat het ene systeem het andere heeft geïnformeerd wordt bij een dergelijke verandering een nieuwe - aan de laatst bekende gegevens gerelateerde - beschikking (automatisch) aangemaakt, zonder dat daarop enige controle wordt uitgeoefend c.q zonder dat belastingplichtige naar de wenselijkheid van het wijzigen van de eerdere beschikking wordt gevraagd.

In het onderhavige geval klaagde verzoeker er onder meer over dat een voorlopige aanslag ten name van zijn echtgenote aldus ten onrechte was verminderd en dat de Belastingdienst daarbij ten onrechte had gesteld dat om die vermindering zijn echtgenote was verzocht.

Vast kwam te staan dat dit laatste volstrekt in strijd met de realiteit was, zodat de Belastingdienst op dit punt het motiveringsvereiste had geschonden. Verder werd duidelijk dat de vermindering automatisch gegenereerd was door "het systeem" en dat verzoeker daartegen direct in actie was gekomen. De Nationale ombudsman concludeerde dat de Belastingdienst (ook lopende het onderzoek) onvoldoende adequaat had gereageerd op de vrijwel direct ondernomen actie van verzoeker die erin bestond dat hij voorstelde/suggereerde de oude beschikking direct in ere te herstellen. Aldus had de Belastingdienst naar de mening van de Nationale ombudsman niet voldaan aan het vereiste van adequate organisatorische voorzieningen. De onderzochte gedraging op dit punt, maar ook de andere onderzochte gedragingen waren niet behoorlijk.

Vanwege het "stilzitten" van de Belastingdienst op het punt van het ongedaan maken van de geautomatiseerde wijziging verbond de Nationale ombudsman aan het rapport de aanbeveling om verzoekers echtgenote over de jaren 2005 en 2006 geen heffingsrente in rekening te brengen. Voorts had de Nationale ombudsman er met instemming kennis van genomen dat er maatregelen zullen worden genomen om het gebruik van een onjuiste tekst als in casu waar het gaat om het toeschrijven van de vermindering aan een verzoek van betrokkene, te voorkomen.

- het gestelde "schuiven"met inkomensbestanddelen

- het bij de interne klachtafhandeling slechts verwijzen naar het geautomatiseerde proces

Instantie: Belastingdienst/Rijnmond/kantoor Dordrecht

Klacht:

In beschikking ten onrechte gesteld dat verzoekers echtgenote had verzocht om vermindering van voorloplige aanslag; ten onrechte gesteld dat verzoeker jaarlijks schuift met inkomensbestanddelen; bij klachtafhandeling volstaan door te verwijzen naar geautomatiseerde proces bij opleggen en verminderen van voorlopige aanslagen.

Oordeel:

Gegrond

Instantie: Belastingdienst/Rijnmond/kantoor Dordrecht

Klacht:

Voorlopige aanslag 2005 van verzoekers echtgenote verminderd.

Oordeel:

Niet gegrond