Politie maakte terecht gebruik van lange wapenstok

Brief

Een vrouw was op 26 mei 2019 aanwezig bij de Roemeense ambassade in Den Haag. Daar kon worden gestemd voor het Europees Parlement en voor een Roemeens referendum. De ambassade sloot haar deuren om 21:00 uur. Op enig moment werd duidelijk dat een grote groep aanwezigen, onder wie de vrouw, niet meer op tijd zou kunnen stemmen. Hierdoor ontstond er onrust. Aanwezigen sprongen over de hekken van de ambassade. Er werd tegen de deur van de ambassade geschopt en geslagen. Mensen probeerden de deur open te breken. Hierop heeft de Mobiele Eenheid van de politie (ME) opgetreden. Daarbij zijn er gevulde plastic flessen naar de ME gegooid en is de vrouw geslagen met de lange wapenstok.

De vrouw klaagde bij de Nationale ombudsman dat de ME niet mocht optreden, omdat sprake was van demonstratie. Volgens de vrouw mocht de ME het recht om te demonstreren niet beperken. Ook was er voor de ME geen reden om haar met de wapenstok te slaan. Bovendien had de ME haar niet gewaarschuwd voordat zij werd geslagen.

De Nationale ombudsman onderzocht de klacht en bekeek daarbij camerabeelden die tijdens het incident waren gemaakt. Daarop is te zien dat de ME een linie vormt en dat de vrouw richting de linie loopt en deze begint te filmen. Ook is te horen dat de ME aanwezigen waarschuwt dat zij het gebied rondom de ambassade moeten verlaten en dat er geweld zal worden gebruikt als de aanwezigen niet meewerken. 

De Nationale ombudsman vindt dat er geen sprake was van een demonstratie, omdat de gedragingen van de aanwezigen voornamelijk waren gericht op het verhinderen van de sluiting van de ambassade en op een confrontatie met de ME. En niet op het uiten van een gemeenschappelijke mening, zoals bij demonstraties het geval is.

De ombudsman vindt verder dat de vrouw terecht met de wapenstok is geslagen. Ondanks dat zij geen geweld richting de ME gebruikte. Voor de vrouw moet duidelijk zijn geweest dat de situatie ter plaatse uit de hand liep. Toch vertrok zij niet. Ook had de ME de aanwezigen duidelijk gewaarschuwd dat er geweld zou worden gebruikt. De ombudsman stelt vast dat de vrouw niet vertrok, maar de linie was gaan filmen en dat zij tijdens het 'schoonvegen' door de ME ook dicht bij de linie bleef lopen. Daarom vindt de Nationale ombudsman dat de ME de wapenstok tegen de vrouw mocht gebruiken.

De klacht is ongegrond.