Verzoeker klaagt erover dat de Stichting Administratie Indonesische Pensioenen (SAIP) naar aanleiding van zijn verzoeken van onder meer 24 mei en 12 december 2002 heeft geweigerd de aan hem op basis van verschillende regelingen toegekende pensioenen en uitkeringen apart te specificeren en slechts het totale belastbare bedrag van de pensioenen en uitkeringen heeft vermeld.
Beoordeling
1. Verzoeker ontving sinds 19 februari 1949 een uitkering in het kader van de Algemene Oorlogsongevallenregeling (AOR) en sinds 1 januari 1962 een zogenoemd Indonesisch pensioen. Verzoeker correspondeerde (in elk geval) sinds 1990 met de Stichting Administratie Indonesische Pensioenen (SAIP) over de wijze waarop de SAIP zijn pensioen en uitkering specificeert. Verzoeker overleed tijdens het onderzoek van de Nationale ombudsman.
2. Verzoeker klaagde erover dat de SAIP naar aanleiding van zijn brieven - onder meer van 24 mei en 12 december 2002 - heeft geweigerd het pensioen en de uitkering apart te specificeren en slechts het totale belastbare bedrag daarvan heeft vermeld.
3. Zowel uitkeringsgerechtigden als pensioengerechtigden hebben er recht op te worden geïnformeerd over de hoogte van hun uitkering of hun pensioen.
Dit geldt ook indien één persoon van één overheidsinstantie zowel een uitkering als een pensioen ontvangt.
4. In reactie op de klacht deelde de SAIP mee dat slechts op de aan verzoeker toegezonden specificaties de bedragen die het belastbaar inkomen beïnvloeden (neveninkomsten en AOW) nader werden gespecificeerd. Volgens de SAIP kwam dit de leesbaarheid en de begrijpelijkheid van de specificaties ten goede.
Computertechnisch was het echter ook niet mogelijk de bedragen op de specificatie uit te splitsen in pensioen en uitkering. Het gebruikte systeem, zo deelde de SAIP mee, was eind jaren `60 opgezet en de ontwikkeling van een nieuw systeem was wegens bezuinigingen stopgezet. Een andere reden voor de gekozen opzet was dat volgens fiscale voorschriften een inhoudingsplichtige belasting dient te heffen over het totaal van de bruto betalingen.
Voorts deelde de SAIP mee dat de nominale bedragen welke aan verzoeker waren toegekend, nog altijd dezelfde waren als bij de toekenning van de uitkering en het pensioen. In de loop der jaren had de Nederlandse overheid op deze nominale bedragen
welvaartstoeslagen toegekend waardoor het totale belastbare bedrag was verhoogd. Van
iedere wijziging was verzoeker door middel van een toelichting op de specificatie op de hoogte gebracht.
Tot slot deelde SAIP nog mee dat de SAIP te allen tijde bereid was een zodanige specificatie te verstrekken, dat deze geschikt was voor een bepaald doel.
5. Met de specificaties zoals die door de SAIP aan verzoeker werden verstrekt, waarbij de uitkering en het pensioen in één bedrag wordt vermeld, voldoet de SAIP niet aan het hiervoor omschreven vereiste dat de informatieverstrekking zodanig is ingericht dat de gerechtigde kan weten hoe de gelden die aan hem worden uitgekeerd, zijn opgebouwd. Het totaalbedrag dat op de specificaties wordt opgevoerd kan immers niet worden herleid tot de te onderscheiden componenten uitkering en pensioen.
De omstandigheid dat de nominale bedragen van de pensioenen en uitkeringen sinds de toekenning ongewijzigd zijn gebleven, maakt dit eveneens niet anders. Naar het oordeel van de Nationale ombudsman kan niet van burgers worden gevergd dat zij op basis van een administratie opgebouwd vanaf vlak na de Tweede Wereldoorlog telkenmale zelf moeten uitrekenen wat de hoogte van hun uitkering en pensioen is.
De omstandigheid dat het door de SAIP gebruikte systeem verouderd is, verklaart weliswaar waarom de afzonderlijke bedragen niet worden uitgesplitst, maar rechtvaardigt dit in beginsel niet. In dit verband mag van het SAIP meer worden verwacht dan de vermelding in brieven dat de SAIP te allen tijde bereid is een zodanige specificatie te verstrekken, dat deze geschikt is voor een bepaald doel. Dit vormt aanleiding tot het doen van een aanbeveling.
6. Nu de SAIP verzoeker niet adequaat op de hoogte heeft gehouden van de afzonderlijke omvang van zijn uitkering en pensioen, is vanuit een oogpunt van actieve informatieverstrekking en administratieve nauwkeurigheid niet juist gehandeld.
De onderzochte gedraging is niet behoorlijk.
Conclusie
De klacht over de onderzochte gedraging van de Stichting Administratie Indonesische Pensioenen (SAIP) is gegrond.
Aanbeveling
De Nationale ombudsman geeft de Raad van Beheer van de Stichting Administratie Indonesische Pensioenen in overweging om gerechtigden die zowel een uitkering als een
pensioen ontvangen door middel van een mededeling op of bij de specificatie te attenderen op de mogelijkheid de SAIP te verzoeken om nadere informatie over de opbouw van de uitkering en het pensioen afzonderlijk.
Op 2 juni 2004 berichtte de Raad van Beheer van SAIP de Nationale ombudsman dat de uitkeringsgerechtigden in augustus 2004 zullen worden geattendeerd op de mogelijkheid nadere informatie te ontvangen over de samenstelling van het totaalbedrag. Tevens zal in een brief een nadere specificatie worden verstrekt. Het model voor deze specificatie was bij de brief aan de Nationale ombudsman gevoegd.
Onderzoek
Op 11 maart 2003 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer K. te Nieuw Vennep, ingediend door de heer Kg. te Nieuw Vennep, met een klacht over een gedraging van de Stichting Administratie Indonesische Pensioenen (SAIP).
Naar deze gedraging, die werd aangemerkt als een gedraging van de Raad van Beheer van de SAIP, werd een onderzoek ingesteld.
In het kader van het onderzoek werd de SAIP verzocht op de klacht te reageren en een afschrift toe te sturen van de stukken die op de klacht betrekking hebben.
Vervolgens werd verzoeker in de gelegenheid gesteld op de verstrekte inlichtingen te reageren.
Tevens werden verzoeker en de SAIP een aantal specifieke vragen gesteld.
Het resultaat van het onderzoek werd als verslag van bevindingen gestuurd aan betrokkenen.
De SAIP deelde mee zich met de inhoud van het verslag te kunnen verenigen.
De reactie van verzoekers gemachtigde gaf geen aanleiding het verslag te wijzigen.
Bevindingen
De bevindingen van het onderzoek luiden als volgt:
A. feiten
1. Bij beschikking van 19 februari 1949 werd door de toenmalige Plaatselijke Commissie ter uitvoering van de Algemene Oorlogsongevallenregeling (Indonesië) te Batavia aan verzoeker een uitkering toegekend.
Verzoeker ontving sinds 1 januari 1962 tevens een zogenoemd Indonesisch pensioen. Verzoeker correspondeerde (in elk geval) sinds 1990 met de Stichting Administratie Indonesische Pensioenen (SAIP) over de wijze waarop de SAIP zijn pensioen en uitkering maandelijks specificeert.
2. Bij brief van 1 maart 1990 deelde de SAIP verzoeker onder meer het volgende mee:
"In het SAIP-bestand zijn een groot aantal pensioenen en uitkeringen opgenomen die onderling nog al wat verschillen.
Gepoogd is om met een zo algemeen mogelijke specificatie iedereen te informeren over de hoogte van zijn pensioen/uitkering.
Momenteel wordt er gewerkt aan een voor iedere gepensioneerde persoonlijk getinte specificatie waarbij alleen die informatie zal worden verstrekt, respectievelijk alleen die rubrieken zullen worden afgedrukt, die voor hem van belang zijn.
Helaas zal tot die tijd met de huidige algemene specificatie moeten worden gewerkt.
Dit betekent dat de term: fiscale inh./rest voor u inhoudt: korting wegens neveninkomsten.
Ten overvloede wordt nog vermeld, dat een specificatie dient om u in te lichten en niet om derden van dienst te zijn.
Mocht een andere instantie problemen hebben bij het interpreteren van onze specificatie, dan zijn wij te allen tijde bereid om die instantie uitgebreid in te lichten."
3. Bij brief van 14 mei 1993 deelde de SAIP verzoeker onder meer mee dat het technisch niet mogelijk was wijzigingen aan te brengen in de specificatie. Indien hierdoor problemen zouden rijzen met instanties, zo deelde de SAIP verder mee, dan kon verzoeker naar de SAIP verwijzen.
4. Bij brief van 11 mei 1998 deelde de SAIP onder meer het volgende aan verzoekers gemachtigde mee:
"Uw mening dat gepensioneerden niet weten wat voor een pensioen/uitkering zij ontvangen kunnen wij echter niet delen.
Ieder jaar ontvangt een AOR (Algemene Oorlogsongevallen Regeling; N.o.) gerechtigde een vragenlijst ten behoeve van de vaststelling van de neveninkomsten die op de uitkering in mindering dienen te worden gebracht.
Een gepensioneerde in het genot van een pensioen krijgt een dergelijk formulier niet.
Tevens ontvangt een ieder na een aanvraag een besluit waaruit duidelijk blijkt welke soort uitkering/pensioen wordt toegekend."
5. Bij brief van 2 april 2002 deelde de Commissie AOR verzoeker mee dat zijn AOR-uitkering niet, zoals verzoeker stelde, nihil was en deelde verzoeker vervolgens het bruto bedrag van de uitkering mee.
6. Bij brief van 24 mei 2002 wendde verzoeker zich onder meer met het volgende tot de (de Commissie AOR van de ) SAIP:
"Uw stichting is technisch niet in staat om uw specificatie aan te passen, omdat het aantal regelingen dat u uitvoert te uitgebreid is om die op een verantwoorde wijze in de computer in te voeren. Gaat u dan eens kijken bij het (Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds) (…) of Bijzondere Regelingen Defensie. Ieder jaar ontvangt de AOR-gerechtigde een vragenlijst ten behoeve van de vaststelling van de neveninkomsten die op de uitkering in mindering dienen te worden gebracht. (…) Gepensioneerden in het `genot' van een pensioen krijgen een dergelijk formulier niet, aldus een SAIP mededeling. Wat heb ik dan?
(…)
Ik eis zowel van mijn pensioen, opgebouwd na de oorlog, als van de AOR een juiste specificatie."
7. Bij brief van 10 juli 2002 deelde de SAIP verzoeker onder meer het volgende mee:
"Onze Stichting is reeds jaren belast met de uitvoering van een groot aantal regelingen die voortvloeien uit de (pensioen)verplichtingen die ontstaan zijn in het voormalig Nederlands-Indië, Suriname, Nieuw-Guinea en de Nederlandse Antillen. Daaronder is ook begrepen de uitvoering van de Algemene Oorlogs Ongevallen Regeling Indonesië, welke uitkering geen pensioen is maar een compensatie is van het gemis van een deel van het inkomen dat niet verworven kan worden omdat betrokkene door oorlogsletsel niet in staat is zich een volledig inkomen te verwerven.
U zult begrijpen dat ons bestand daardoor zeer gevarieerd is opgebouwd omdat voor elke categorie een specifieke eigen regeling bestaat. Om een leesbare/begrijpbare specificatie te kunnen verstrekken is er voor gekozen om het totale (belastbare) bedrag van de pensioenen en uitkeringen te vermelden en slechts die bedragen te specificeren die het belastbaar inkomen beïnvloeden en die u nodig kunt hebben voor andere doeleinden.
Overigens maken wij u erop attent dat de nominale bedragen die aan u zijn toegekend op basis van de Indische regelingen nog altijd dezelfde zijn als bij de toekenning van het pensioen en de uitkering.
In de loop der jaren heeft de Nederlandse overheid echter op die nominale bedragen welvaartstoeslagen toegekend waardoor het totale belastbare bedrag wordt verhoogd.
U wordt hierover bij iedere wijziging op de hoogte gesteld door middel van een toelichting op de specificatie.
Uit ons dossier blijkt dat u in de loop der jaren op uw verzoek uitvoerig bent ingelicht over de samenstelling van de u toekomende bedragen.
De grondslag van uw AOR-uitkering en het toegekende invaliditeits/arbeidsongeschiktheidspercentage zijn nog altijd hetzelfde als die aan u zijn toegekend door de Commissie AOR in Jakarta op 19-2-1949 (…).
Wij nemen aan dat u nog altijd beschikt over deze toekenningsbeslissing.
Op de aan u destijds toegekende bedragen zijn in de loop der jaren zoals eerder vermeld toeslagen verleend die hebben geleid tot de huidige hoogte van uw pensioen en uitkering.
Daar de hoogte van de AOR-uitkering afhankelijk is van een ander inkomen dat u geniet dienen wij jaarlijks dat andere inkomen vast te stellen en vervolgens op grond van de regelgeving op de AOR-uitkering in mindering te brengen. Voorts moeten wij vaststellen dat uw AOR-uitkering welke is begrepen in het totaal uitkeringsbedrag NIET nihil is. Voor de hoogte van dat bedrag verwijzen wij u naar ons schrijven van 2 april 2002 (…).
Gezien de inhoud van uw dossier zijn wij het met u niet eens dat wij autoritair en bureaucratisch handelen. Op uw verzoek heeft u telkenmale antwoord gekregen op de door u gestelde vragen.
Tenslotte delen wij u nog mede dat er momenteel wordt gewerkt aan een geheel nieuw geautomatiseerd SAIP-systeem waarbij zeker rekening zal worden gehouden met uw opmerkingen."
8. Verzoeker wendde zich bij brieven van 10 oktober 2002 en 12 december 2002 nogmaals tot de SAIP. Verzoeker verzocht de SAIP om kopieën van de beschikking van 19 februari 1949 (toekenning AOR) en de daaropvolgende beschikkingen tot en met de beschikking van 19 maart 1958. Tevens ging verzoeker in op de gevolgen die naar zijn idee voor hem ontstonden door het niet apart specificeren van zijn AOR-uitkering en zijn pensioen in het kader van de Regeling ziektekostenvoorziening rijkspersoneel.
B. Standpunt verzoeker
1. Voor het standpunt van verzoeker wordt verwezen naar de klachtomschrijving onder Klacht.
2. In een telefoongesprek op 17 april 2003 liet verzoekers gemachtigde nog weten dat een nadere specificatie van het Indonesisch pensioen en de oorlogsongevallenuitkering noodzakelijk was voor eventuele bezwaar- en beroepsprocedures. Het niet nader specificeren had volgens verzoeker met name gevolgen voor de Regeling ziektekostenvoorziening rijkspersoneel.
C. Standpunt raad van beheer van de Stichting Administratie Indonesische Pensioenen
In reactie op de klacht deelde de Raad van Beheer van de Stichting Administratie Indonesische Pensioenen (SAIP) onder meer het volgende mee:
"(Verzoeker; N.o.) is bij beschikking d.d. 19 februari 1949 (…) door de Plaatselijke Commissie ter uitvoering van de Algemene Oorlogsongevallen-regeling (AOR) te Batavia erkend als oorlogsslachtoffer en in aanmerking gebracht voor een uitkering in de zin van de AOR (…).
De AOR-uitkering is gebaseerd op het letsel dat ontstaan is gedurende de Japanse krijgsgevangenschap.
Bij beschikking d.d. 12 maart 1958 is (verzoeker; N.o.) op grond van de Garantie-wet Burgerlijk Overheidspersoneel Indonesië gelijkgesteld met een overheidsdienaar in vaste dienst. Met ingang van 1 januari 1962 is aan hem een Indonesisch pensioen toegekend, berekend op grond van het Indisch Burgerlijk Pensioen Reglement (…).
Het door u gevraagde afschrift van een beschikking, waarin de aan (verzoeker; N.o.) toegekende AOR-uitkering en het aan hem toegewezen Indonesisch pensioen in één bedrag staan vermeld, kunnen wij u niet verstrekken. De reden hiervan is gelegen in het feit dat beslissingen vanwege herzieningen/wijzigingen per uitkering/pensioen genomen worden en ook op deze manier aan betrokkene door middel van een beslissing kenbaar worden gemaakt.
Op deze manier is betrokkene op de hoogte van de betreffende wijzigingen.
De aan hem toegezonden specificaties worden niet opgesplitst per uitkering c.q. pensioen. Het totale (belastbare) bedrag van de AOR-uitkering en het Indonesisch pensioen wordt vermeld en enkel de bedragen, die het belastbaar inkomen beïnvloeden (neveninkomsten en AOW), worden gespecificeerd. De reden hiervan is ten eerste om leesbare/begrijpbare specificaties te kunnen verstrekken en ten tweede het feit dat het computer-technisch niet mogelijk is om de specificatie per uitkering/pensioen te splitsen. (…)
In het geval van (verzoeker; N.o.) zijn de nominale bedragen, die aan hem zijn toegekend op basis van de Indische regelingen, nog altijd dezelfde als bij de toekenning van de uitkering en het pensioen.
In de loop der jaren heeft de Nederlandse overheid op deze nominale bedragen welvaartstoeslagen toegekend waardoor het totale belastbare bedrag wordt verhoogd.
Van iedere wijziging wordt (verzoeker; N.o.) door middel van een toelichting op de specificatie op de hoogte gebracht (…).
Aangezien de AOR-uitkering een inkomensafhankelijke uitkering is, dienen wij jaarlijks dat andere inkomen vast te stellen en vervolgens op grond van de regelgeving op de AOR-uitkering in mindering te brengen. Hierbij wordt ook rekening gehouden met zijn Indonesisch pensioen (…).
In onze brief van 10 juli 2002 (…), hebben wij betrokkene omtrent het vorenstaande een uitleg gegeven.
De overige door u gevraagde afschriften van de correspondentie tussen de SAIP en (verzoeker; N.o.) zijn, gezien de door u met uw brief van 30 juni 2003 meegezonden stukken, reeds in uw bezit.
Afschriften van de met (verzoeker; N.o.) gevoerde correspondentie aangaande hetgeen in de klachtomschrijving is opgenomen dient u bijgesloten aan te treffen.
Volledigheidshalve vermelden wij nog dat het (verzoeker; N.o.) bekend is dat wij te allen tijde bereid zijn een zodanige specificatie te verstrekken, dat die voldoet voor een bepaald doel. De automatische aanmaak en verzending daarvan, zoals door hem wordt verlangd, behoort helaas niet tot de mogelijkheden."
D. Reactie raad van beheer van de Stichting Administratie Indonesische Pensioenen
In reactie op een aantal nadere vragen deelde de Raad van Beheer van de Stichting Administratie Indonesische Pensioenen (SAIP) onder meer het volgende mee:
"De SAIP is sedert de oprichting van de Stichting in 1954 meer en meer belast met toekenningen en/of betaalbaarstellingen en uiteindelijk met de volledige uitvoering van alle overzeese pensioenregelingen.
In de startperiode betrof het uitsluitend toekenning en betaalbaarstelling van pensioenen aan de weduwen en wezen van overheidspersoneel van het voormalig Nederlands-Indië.
In de loop der jaren zijn echter meer regelingen aan het pakket van werkzaamheden toegevoegd. Het voert te ver om deze regelingen op te sommen maar het gaat al snel om een 30 tal.
Het geautomatiseerd systeem waar de SAIP gebruik van maakt is ontwikkeld aan het eind van de jaren 60.
Daar de verscheidenheid van het aantal soorten rechten groot is, is er voor gekozen betrokkenen via een toekenningsbeslissing op de hoogte te brengen van zijn of haar rechten en via een specificatie het bruto/netto traject in beeld te brengen.
Gekozen is voor algemene benamingen op de specificatie, zoals bij voorbeeld pensioen, korting AOW, loonheffing e.d.
De rechten van (verzoeker; N.o.) bestaan uit een Indonesisch pensioen en een uitkering op grond van de Algemene Oorlogsongevallen Regeling Indonesië. De laatste regeling is inkomensafhankelijk.
Omdat de specificatie bedoeld is om het netto bedrag te specificeren zijn de bruto bedragen aan pensioen ( inclusief de welvaartsvaste verhogingen) en de uitkering samengesteld en vermeld onder bruto pensioen. Dit geldt eveneens voor de vermindering van pensioen en uitkering wegens het recht op AOW (korting AOW).
Wij merken hierbij op dat indien deze bedragen een wijziging ondergaan die niet het gevolg is van een algemene verhoging, betrokkene daarvan door middel van een voor bezwaar vatbare beslissing op de hoogte wordt gebracht. Betreft het een algemene verhoging dan wordt een toelichting verstrekt op de pensioenspecificatie die voor iedere categorie gepensioneerden uit het bestand informatie bevat.
Het is systeemtechnisch momenteel niet mogelijk de bruto bedragen op de specificatie uit te splitsen in pensioen en/of uitkering.
Het systeem totaliseert de onderscheiden bruto bedragen om van dat totaalbedrag een specificatie van bruto tot netto zichtbaar te maken. Daarop is de programmatuur en de specificatie ingericht. Een belangrijke achterliggende reden is ook dat volgens de fiscale voorschriften een inhoudingsplichtige belasting dient te heffen over het totaal van de bruto betalingen. In verband met de progressie in de belastingtabellen kan dat ook niet anders.
In ons schrijven van 10 juli 2002 hebben wij (verzoeker; N.o.) gemeld dat er gewerkt wordt aan een nieuw geautomatiseerd systeem.
Helaas hebben de bezuinigingen bij de ministeries, die de uitvoeringskosten van de SAIP betalen, zeer kort geleden geleid tot het stopzetten van de ontwikkeling van een nieuw systeem.
De SAIP heeft geen eigen vermogen meer en het ministerie vindt dat het huidige systeem nog jaren mee kan. Een nieuwe, moderne opzet zit er dus de eerstkomende jaren zeker niet in.
Betrokkene kan altijd als hij dat wenst een uitgebreide toelichting ontvangen van de samenstelling van zijn pensioen en uitkering. Van de belangenorganisaties voor gepensioneerden en onze andere klanten hebben wij geen verzoeken ontvangen zoals die door (verzoeker; N.o.) zijn gedaan. Men is blijkbaar tevreden met de door ons gegeven extra uitleg in de toelichting bij de specificatie.
Tenslotte vermelden wij nog dat het samenvoegen van de bedragen geen problemen oplevert bij aanspraken op de ZVO/ZVR-regeling omdat bij aanspraak op een vergoeding het totale inkomen van betrokkene in aanmerking wordt genomen en niet uitsluitend het inkomen van SAIP of onderdelen van dat inkomen. Dit werd ons bevestigd bij navraag door de instantie die de ZVO/ZVR-regeling uitvoert."
E. Reactie verzoeker
In reactie op het standpunt en de antwoorden van de Stichting Administratie Indonesische Pensioenen (SAIP) op de nadere vragen liet verzoeker onder meer het volgende weten:
"Het toezenden van de "Toelichting op de pensioen-specificatie" over de maanden januari 2002, januari 2003 en april 2003 toont niets aan. Evenals de uitvoerige informatie over de werkzaamheden die in de loop der jaren zijn toegevoegd aan haar takenpakket. Het aantal pensioen- en uitkeringsgerechtigden neemt ook jaarlijks sterk af, zodat het gerechtvaardigd is dat haar dan ook andere overzeese pensioenen worden toevertrouwd. De werkzaamheden worden hierdoor weliswaar uitgebreid, maar nemen niet in omvang toe. (…)
Sedert 1 januari 1994 is de mogelijkheid geopend om in beroep te gaan tegen een beslissing van de Raad van Beheer ingevolge het bepaalde in (de Algemene wet bestuursrecht), dan moet betrokkene, als daar zich redenen voor aandienen, in het bezit zijn van een specificatie waartegen een bezwaarschrift zou kunnen worden ingediend. Echter dit is in het geheel niet aan de orde. Betrokkene wil nu eenmaal weten wat het niveau is van zijn AOR-uitkering (…) en dat is zijn goed recht, (…)
Uit bijgaande specificatie van maart 1961 blijkt dat het briefhoofd boven aan de specificatie van de Stichting is, evenals die van maart 1962 en augustus 1963. Ook bijgaande specificaties van januari 1975, januari 1976 en augustus 1980 dragen allemaal het briefhoofd van de Stichting. Tevens wijs ik u erop dat in die periode de specificaties allemaal diverse kolommen hadden waaruit duidelijk blijkt uit welke componenten ze bestaan. (…)
In de specificaties van juli 1983, januari 1988 en juli 2003 worden geen afzonderlijke componenten vermeld.
Rest mij nog in te gaan op de onderste alinea van de (brief van de) SAIP (…).
De AOR is een "verzorgingsregeling" en heeft niet het karakter van een pensioen, aldus de brief van het ministerie van Binnenlandse Zaken, afd. Overzeese Pensioenen van 4 oktober 1973 aan het ABP te Heerlen. De AOR gerechtigden kunnen dan ook geen aanspraak maken op een vergoeding door de KPMG (ZVR).
De AOR uitkering is geen inkomen uit arbeid noch vermogen. (…) Het is een compensatieregeling (…). Hoe stelt men de vraag, dat is het commentaar van KPMG."
Achtergrond
Bijlage van de Wet houdende vaststelling regeling ten aanzien van de Stichting tot verzorging en afwikkeling van pensioensaangelegenheden gewezen overheidspersoneel van Indonesië (Stb. 189, 1955)
"Artikel 1.
1. De Stichting verbindt zich tot het verrichten van alle handelingen, welke voor een zorgvuldige en getrouwe nakoming van de haar bij deze overeenkomst opgelegde verplichtingen met inbegrip van het daartoe nodige zorgvuldige beheer van de haar toevertrouwde belangen, vereist zijn.
2. De Stichting is voor de uitvoering van haar in het eerste lid bedoelde taak verantwoordelijk aan de Ministers."