2008/114

Rapport

Verzoeker, een werkgever, heeft een arbeidsgehandicapte werknemer in dienst die ziek is. Het UWV betaalt de werkgever daarom een ziektewetuitkering. Omdat op een goed moment de betalingen van de ziektewetuitkering stoppen, neemt verzoeker meerdere keren contact op met het UWV. Pas na ruim vijf maanden deelt het UWV verzoeker mee dat zijn arbeidsgehandicapte werknemer door het UWV hersteld is gemeld en de ziektewetuitkering is beëindigd.

Verzoeker klaagt erover dat het UWV hem geen afschrift heeft gestuurd van de beslissing waarmee de ziektewetuitkering is beëindigd en hem pas na maanden over deze beëindiging informeert.

De Nationale ombudsman overwoog dat het UWV ten onrechte geen beslissing over de beëindiging van de ziektewetuitkering aan verzoeker had gestuurd terwijl deze beëindiging wel rechtsgevolgen met zich meebracht voor verzoeker. Daarnaast was de arboarts van verzoeker van mening dat de betreffende werknemer nog altijd volledig arbeidsongeschikt was. Door de handelwijze van het UWV heeft verzoeker niet de mogelijkheid gehad om in bezwaar te gaan tegen de hersteldmelding. In het kader van het onderzoek door de Nationale ombudsman heeft het UWV verzoeker alsnog een beslissing toegestuurd met de mogelijkheid alsnog in bezwaar te gaan. Volgens de Nationale ombudsman heeft het UWV de indruk gewekt dat het bezwaar inhoudelijk zou worden beoordeeld. Dit is niet gebeurd (n-o verklaring). Hierdoor heeft het UWV verzoeker onnodige kosten laten maken. Door niet toesturen beslissing heeft verzoeker ook lange tijd arbeidsloon betaald en geen re-integratie-activiteiten laten verrichten. Daardoor wellicht schade geleden diie voorkomen of beperkt had kunnen worden.

De Nationale ombudsman achtte het niet verzenden van de beëindigingsbeslissing van de ziektewet­uitkering aan verzoeker in strijd met het beginsel van fair play.

Het UWV werd in overweging gegeven om in overleg te treden met verzoeker teneinde zijn financiële schade op het gebied van loonkosten en juridisch bijstand te beperken.

Overige klachtonderdelen:

Late en onjuiste informatieverstrekking over de mogelijkheid van een deskundigenoordeel

Geen reactie op de tegenstrijdigheid tussen de mening van de verzekeringsarts en de mening van de arboarts over de arbeidsongeschiktheid

Mening van arboarts toeschrijven aan verzoeker

Instantie: UWV Amsterdam

Klacht:

Wijze waarop klacht is afgehandeld: geen afschrift van de beslissing toegestuurd; ondanks vragen over het uitblijven van betalingen pas in de week van 11 december 2006 telefonisch volledig geïnformeerd over de herstelmelding van verzoekers werknemer per 29 juni 2006; in datzelfde telefoongesprek geadviseerd een deskundigenoordeel aan te vragen terwijl dit al in oktober 2006 was afgewezen omdat er geen sprake was van een conflict tussen werkgever en werknemer; pas in de klachtafhandeling geadviseerd de werknemer opnieuw ziek te melden zodat de loonbetalingsverplichting onnodig lang heeft doorgelopen waardoor verzoeker schade heeft geleden; in de klachtafhandeling niet ingegaan op het gegeven dat de verzekeringsarts werknemer volledig arbeidsgeschikt acht terwijl de arbodienst van de werkgever de werknemer volledig arbeidsongeschikt acht en verzoeker zijn werknemer daarom niet kan laten werken; in de klachtafhandeling gesteld dat verzoeker zich geconfronteerd ziet met de loonkosten van een "in zijn ogen" zieke werknemer terwijl dit het standpunt van de arbodienst is en niet van verzoeker zelf.

Oordeel:

Gegrond