Op 15 november 2008 deed de heer. E., aangifte tegen verzoeker. Verzoeker zou E. hebben bedreigd met een mes. E. verbleef regelmatig bij verzoeker en was ook in het bezit van de sleutel van de woning van verzoeker. Vrijwel direct gingen vijf politieambtenaren naar de woning van verzoeker. Van de aangever had de politie de sleutel van de woning gekregen. Verzoeker werd aangehouden, geboeid en overgebracht naar het politiebureau. Daar kreeg aangever de sleutel van de woning terug.
Verzoeker klaagt er onder meer over dat de vijf politieambtenaren met getrokken wapens zijn woning zijn binnengevallen. Uit het onderzoek van de Nationale ombudsman bleek dat alle vijf de betrokken politieambtenaren verklaarden dat zij niet met getrokken wapens de woning waren binnengegaan. Daarbij ontbrak er ook een geweldsrapportage. Gelet op deze omstandigheden oordeelde de Nationale ombudsman dat deze klacht feitelijke grondslag miste.
Wat betreft het boeien oordeelde de Nationale ombudsman dat er in het geval van verzoeker sprake was van een grensgeval. Gelet op de aard van het delict waar verzoeker voor werd aangehouden, zijn antecedenten en de omstandigheid dat hij mogelijk wapens in zijn woning zou hebben, achtte de Nationale ombudsman het een verantwoorde keuze dat verzoeker was geboeid.
Het vereiste van onaantastbaarheid van het lichaam, behoorlijk.
Overige klachten:
Terechte aanhouding; bescherming van de persoonlijke vrijheid, behoorlijk;
teruggeven huissleutel; het redelijkheidsvereiste, behoorlijk.
Ambtshalve onderzoek naar de wijze van klachtbehandeling; het vereiste van fair play, niet behoorlijk.
