Een mevrouw vroeg de gemeente Deventer om kwijtschelding van de gemeentebelasting. De gemeente wees de aanvraag af. Volgens de gemeente had de mevrouw genoeg geld op de bankrekening om de belasting te betalen. De mevrouw wees er op dat zij een tijdje daarvoor een nabetaling aan huursubsidie had gekregen van de Dienst Toeslagen. Die stond (deels) nog op haar bankrekening. Doordat ze een tijd te weinig huurtoeslag had gekregen, had ze noodzakelijke aankopen moeten uitstellen. Die moest ze nog doen van het geld op haar bankrekening. Ze vond het niet eerlijk dat ze van dat geld de belasting moest betalen. Verder wees ze erop dat ze van de gemeente in de twee jaar daarvóór energietoeslag had gekregen. Die stond ook op de bankrekening. En die was volgens haar ook niet bedoeld om de belasting te betalen.
De ombudsman vroeg de gemeente om opheldering. De gemeente liet weten rekening te hebben gehouden met de nabetaling van de huurtoeslag en de noodzakelijke aankopen die ze daar nog van moest doen. De gemeente heeft de bedragen die ze uitgaf aan die aankopen, nadat ze de aanvraag om kwijtschelding indiende, niet meegeteld bij het geld op de bankrekening.
De gemeente gaf aan dat ze ten onrechte geen rekening had gehouden met de energietoeslag. Maar dat dat voor de kwijtschelding geen verschil maakte.
De Nationale ombudsman was het eens met de gemeente. En vond de klacht ongegrond. De gemeente had op een juiste manier rekening gehouden met de nabetaling huurtoeslag, en de aankopen die ze daarvan nog moest doen. En de gemeente had de energietoeslag (voor één jaar) niet moeten meetellen bij het geld dat op de bankrekening stond. De Nationale ombudsman was het niet eens met de mevrouw dat de energietoeslag die zij over twee jaar had gekregen niet mocht meetellen. De energietoeslag was bedoeld als hulp voor het betalen van de energierekening, in het jaar dat de toeslag wordt uitbetaald. De energietoeslag was niet bedoeld om van te sparen.