Afwijzing verzoek kwijtschelding waterschapsbelasting door Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier

Brief

In januari 2021 hebben een meneer en mevrouw kwijtschelding gevraagd voor de waterschapsbelasting aan het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK). Zij hebben daarbij aangegeven al sinds 2016 kwijtschelding te ontvangen, en dat hun financiële situatie nu niet anders is dan de jaren hiervoor. Meneer en mevrouw ontvangen de kwijtschelding niet, ook niet nadat ze in beroep zijn gegaan. Ze dienen daarom een klacht in bij de Nationale ombudsman.

Meneer en mevrouw zijn Syrische vluchtelingen en hadden tot vorig jaar recht op kwijtschelding. Ze ontvangen een uitkering van de SVB. Door de coronapandemie hebben ze minder geld uitgegeven en daardoor een aardig bedrag gespaard. Ze hadden met name hun vakantiegeld niet uitgegeven. Hierdoor kwamen ze met hun totale bezit aan geld boven het bedrag om voor kwijtschelding in aanmerking te komen. Meneer wilde het geld gebruiken voor zijn naturalisatie en voor de aanschaf van keukenapparatuur.

Het Hoogheemraadschap volgt de landelijk geldende regels voor kwijtschelding, die staan in de 'Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990' en de 'Leidraad invordering waterschapsbelastingen HHNK 2021'. Die regels zijn ook het uitgangspunt voor de Nationale ombudsman bij het beoordelen van deze klacht. Daarnaast kijkt de ombudsman of er bijzondere omstandigheden zijn waardoor er van de strenge toepassing van de regels moet of kan worden afgeweken of maatwerk kan worden geboden.

De regels voor kwijtschelding zijn streng. De reden die meneer aangeeft vallen niet onder de uitzonderingen. De ombudsman heeft de klacht daarom ongegrond verklaard.