Sluit geen ouders uit van kinderopvangtoeslag en kindgebonden budget

Op deze pagina

    Nieuwsbericht
    Moeder met kind op de bank lezen in een folder

    Drie groepen alleenstaande ouders worden op dit moment uitgesloten van de kinderopvangtoeslag en/of de aanvulling van het kindgebonden budget. Hierdoor ligt hun inkomen vaak onder het minimum en lopen zij een groot risico op schulden en armoede. De Nationale ombudsman en de Kinderombudsman roepen in een gezamenlijke brief demissionair minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op om de toeslagregeling voor deze groepen open te stellen.

    Onder het bestaansminimum

    De oproep van de ombudsmannen is een reactie op de brief van de voormalig staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Hierin reageert hij op een eerdere oproep van de ombudsmannen om de knelpunten in de regels voor kinderopvangtoeslag en de aanvulling op het kindgebonden budget weg te nemen. Uit de reactie blijkt dat de volgende drie groepen alleenstaande ouders nog steeds geen aanspraak kunnen maken op (één van) deze toeslagen:

    1. De statushouder met een huwelijkspartner die buiten de EU verblijft;
    2. De echtgeno(o)t(e) van een gevangene;
    3. Het echtpaar waarvan één partner niet legaal in Nederland verblijft.

    Nationale ombudsman Reinier van Zutphen: "Doordat deze alleenstaande ouders volgens de wet geen recht hebben op (één van) de toeslagen, ligt hun inkomen vaak onder het bestaansminimum. Dit moet worden voorkomen. Dit probleem speelt al jaren en er moet ook voor deze ouders nu snel een oplossing komen."

    Ontkoppelen als oplossing

    De ombudsmannen adviseren in hun brief om 'ontkoppeling van toeslagpartners' mogelijk te maken. Dit betekent dat de niet-thuiswonende partner niet wordt meegenomen bij het berekenen van toeslagen. De thuiswonende partner wordt hierdoor als alleenstaande ouder gezien en komt daardoor wel in aanmerking voor toeslagen. De ombudsmannen doen de suggestie om de mogelijkheid van ontkoppeling voor deze drie groepen wettelijk vast te leggen.

    Daarnaast heeft de Kinderombudsman al in 2017 aanbevolen om de Koppelingswet aan te passen. Zodat een gezin met een ouder zonder verblijfsvergunning toch gebruik kan maken van toeslagen en voorzieningen.

    Deel van de knelpunten opgelost

    De ombudsmannen waarderen dat het kabinet voor enkele andere groepen mensen de knelpunten wel heeft opgelost. Een getrouwde ouder met een partner die gevangen zit, krijgt nu de hele gevangenisperiode recht op kinderopvangtoeslag. Een getrouwde ouder, van wie de partner in een verpleeg- of verzorgingshuis zit, krijgt recht op kinderopvangtoeslag en de aanvulling op het kindgebonden budget. En een getrouwde ouder, van wie de thuiswonende partner vast in aanmerking komt voor de Wet langdurige zorg (Wlz), heeft vanaf nu recht op kinderopvangtoeslag.

    Volgens de ombudsmannen laat het kabinet hiermee zien aandacht te hebben voor de onbedoelde of onvoorziene gevolgen van onredelijke wettelijke toeslagregels. De ombudsmannen hopen dat het kabinet, naar aanleiding van deze oproep, ook de wet aanpast voor de mensen in de andere drie situaties.

    Bijlagen

    Brief aan demissionair minister Koolmees (SZW) (pdf, 154.47 kB)