2014/151 Provincie Groningen had vraag over belastingschade samen met huisverkoper moeten voorleggen aan belastinginspecteur

Rapport

Ten behoeve van de aanleg van een provinciale weg had de provincie met verzoeker een koopovereenkomst gesloten. Volgens deze koopovereenkomst tussen zou eventuele belastingschade worden vastgesteld door de belastinginspecteur.

De inspecteur had in eerste instantie bepaald dat de belastingschade € 4.637 bedroeg, de door verzoeker te betalen belastingaanslagen, die hij ontving na de verkoop van zijn huis aan de provincie.

Later betwistte de provincie de door de belastinginspecteur vastgestelde belastingschade en verzocht haar om het bedrag van de belastingschade opnieuw vast te stellen, waarna de inspecteur terugkwam op haar eerdere vaststelling en de belastingschade op nihil stelde.

Verzoeker klaagt erover dat de provincie Groningen niet de belastingschade vergoedt, die hij leed na de verkoop van zijn huis aan de provincie.

Uit de koopovereenkomst was niet zonder meer af te leiden dat de uitleg van verzoeker van het begrip belastingschade de bij het aangaan van de overeenkomst beoogde uitleg is. Er staat in dat de belastingschade vergoed moet worden voor zover de inkomstenbelasting hoger is dan zij geweest zou zijn als de transactie niet had plaatsgevonden. In eerste instantie heeft de inspecteur op verzoek van verzoeker aangegeven hoe veel de te betalen inkomstenbelasting over de opbrengst van de verkoop van zijn woning bedroeg. De Nationale ombudsman heeft de indruk dat de inspecteur door verzoeker alleen gevraagd is dit op te geven en dat haar niet is gevraagd de berekening te maken die in de koopovereenkomst is beschreven. In tweede instantie is de inspecteur, na confrontatie met het standpunt van de provincie, tot de conclusie gekomen dat er geen sprake was van belastingschade. De provincie had uit het oogpunt van fair play niet moeten volstaan met het betwisten van de berekening van de inspecteur, maar op dat moment er voor moeten kiezen om samen met verzoeker het gesprek met de inspecteur aan te gaan.

Daarmee heeft de provincie niet behoorlijk gehandeld.

Het vereiste van fair play

De Nationale ombudsman gaf de provincie in overweging om samen met verzoeker en onder overlegging van de koopovereenkomst aan de belastinginspecteur de vraag voor te leggen hoeveel de belastingschade als omschreven in de overeenkomst bedraagt.

Instantie: Provincie Groningen

Klacht:

niet de belastingschade vergoed, die verzoeker leed na de verkoop van zijn huis aan de provincie

Oordeel:

Gegrond