2019/054 Politie Den Haag treedt voor tweede keer woning binnen zonder reden te benoemen

Rapport

Verzoekster klaagt erover dat de politie Den Haag voor een tweede keer haar woning is binnen­gegaan. De betrokken politieambtenaren hebben haar daarbij niet medegedeeld waarom en op welke grond zij nog een keer in de woning wilden kijken.

Bij de politie kwam een melding binnen. Een bezoekster van het appartementencomplex van verzoekster, werd weggeduwd door twee donkere mannen. De mannen duwden de deur open, gingen naar binnen en lieten door de achterdeur een derde man binnen. Een agent (noodhulp) ging op deze melding af en deed en onderzoek in het complex. In het appartement van verzoekster zag drie mannen die aan het signalement voldeden. Zij waren in het appartement van verzoekster aan het schilderen. Verzoekster heeft hem binnen gelaten. De agent heeft vervolgens de personalia van de mannen genoteerd en heeft de woning verlaten.

Even later kwamen twee wijkagenten ook op de melding af. Zij zeiden tegen verzoekster dat zij in haar woning wilden kijken. Verzoekster en de wijkagenten zijn naar haar woning gegaan. De wijkagenten hebben de personalia van de drie schilders genoteerd en gecontroleerd. Ze hebben de mannen uitgelegd dat er een melding van insluiping was geweest. Na de uitleg van de schilders was het de wijkagenten duidelijk dat er geen sprake was van insluiping en hebben ze de woning van verzoekster verlaten.

De Nationale ombudsman komt tot de conclusie dat de politie in strijd heeft gehandeld met het vereiste van professionaliteit en daarom niet behoorlijk heeft gehandeld. Ten eerste was de communicatie tussen enerzijds de agent van de noodhulp en anderzijds de wijkagenten onvoldoende. Voordat de wijkagenten de woning van verzoekster binnengingen had het in de rede gelegen dat zij informatie hadden ingewonnen bij de collega van de noodhulp. Dan was het niet nodig geweest om voor een tweede keer poolshoogte in de woning te nemen.

Ten tweede heeft verzoekster verklaard dat ze tegen de wijkagenten heeft gezegd dat hun collega al in de woning was geweest. De wijkagenten stellen daartegenover dat zij hen dit niet heeft meegedeeld. De Nationale ombudsman hecht meer waarde aan de verklaring van verzoekster. Het komt de Nationale ombudsman logisch voor dat iemand die in korte tijd voor de tweede keer door de politie wordt benaderd verwijst naar het eerdere contact dat ze had met de politie. Dit brengt met zich mee dat de betrokken politieambtenaren hadden moeten verifiëren of de mededeling van verzoekster klopte.

Instantie: politiechef regionale eenheid Den Haag

Klacht:

voor een tweede keer verzoeksters woning binnengegaan zonder haar mee te delen waarom en op welke grond zij nog een keer in de woning wilden kijken.

Oordeel:

Gegrond