2011/321: Politie onderbreekt aangifte om aangever aan te houden ivm tegenaangifte

Rapport

Verzoeker was als autobestuurder betrokken bij een verkeersincident. Omdat de andere autobestuurder, de heer X, verzoeker een harde klap in zijn gezicht had gegeven, ging verzoeker naar de politie om aangifte te doen van mishandeling. De politie onderbrak het opnemen van deze aangifte om verzoeker aan te houden. De heer X had namelijk eerder die dag bij de politie aangifte tegen verzoeker gedaan.

Verzoeker klaagde erover dat de politie het opnemen van zijn aangifte van mishandeling onderbrak om hem aan het houden wegens verdenking van poging tot doodslag c.q. zware mishandeling tijdens hetzelfde incident.

De Nationale ombudsman was van oordeel dat de politie niet op vooringenomen wijze had gehandeld door het opnemen van verzoekers aangifte te onderbreken om verzoeker aan te houden. Volgens de Nationale ombudsman was er sprake van een redelijk vermoeden van schuld aan een ernstig strafbaar feit. De politie stelde verzoeker twee maanden later in de gelegenheid om aangifte te doen. Verzoekers (tegen)aangifte werd niet in het strafdossier opgenomen. De Nationale ombudsman was van oordeel dat dit niet juist was. Hij overwoog dat verzoekers aangifte eerder opgenomen had moeten worden en in het strafdossier had moeten worden gevoegd, zodat de rechter een vollediger beeld had van de situatie.

Overig klachtonderdeel:

Melding dat verzoeker psychotisch gedrag vertoonde.

Instantie: Regiopolitie Amsterdam-Amstelland

Klacht:

interne melding gemaakt dat verzoeker op het politiebureau psychotisch gedrag vertoonde

Oordeel:

Gegrond

Instantie: Regiopolitie Amsterdam-Amstelland

Klacht:

onderbreken van het opnemen van verzoekers aangifte

Oordeel:

Niet gegrond