Verzoekster kocht in februari 2007 een nog te bouwen woning in een nieuwbouwwijk in de gemeente Aalsmeer. De nieuwe woningen in die wijk zijn in de loop van 2009 opgeleverd. Het bestemmingsplan voorzag in de bouw van een scholencomplex op het terrein dat grenst aan de achtertuinen van de percelen van verzoekster en anderen. In verband met de bouwvergunning verleende het college van burgemeester en wethouders op 30 november 2006 een vrijstelling van het bestemmingsplan. Die is verleend bij besluit van 28 augustus 2007. De desbetreffende besluiten zijn gepubliceerd in een lokaal huis-aan-huisblad en via de website van de gemeente.
Verzoekster klaagt erover dat zij niet tijdig is geïnformeerd over de precieze afmetingen en situering van het schoolgebouw en niet tijdig is gewezen op de mogelijkheid om bezwaar te maken tegen de verleende bouwvergunning. Volgens verzoeker is zij, en ook anderen aanwonenden geschaad, in haar privacy en woongenot doordat het schoolgebouw hoger is geworden dan uit informatie over het bouwproject mocht worden opgemaakt.
De Nationale ombudsman overwoog onder meer, dat een besluit dat tot een of meer belanghebbenden is gericht aan hen bekend moet worden gemaakt. Volgens de rechtspraak zijn de omwonenden van de degene aan wie een bouwvergunning is verleend niet een belanghebbende tot wie die bouwvergunning is gericht, zodat die vergunning niet aan hen bekend hoeft te worden gemaakt. In de Algemene wet bestuursrecht is voorgeschreven dat een besluit zoals een bouwvergunning moet worden gepubliceerd in onder meer een huis-aan-huisblad. Dat is in dit geval ook gebeurd. Het is ook aannemelijk dat onder andere verzoekster een belang had bij wetenschap over de vergunningverlening. De publicatie in het huis-aan-huisblad heeft haar echter niet bereikt omdat zij niet in het verspreidingsgebied van dat blad woonde, maar in een andere gemeente. Verzoekster had echter wel via de website van de gemeente op de hoogte kunnen zijn.
Verder heeft de verkoper van een woning een informatieplicht tegenover de koper en de koper en onderzoeksplicht. De verkoper hoort in te staan voor de juistheid van de door hem verstrekte informatie.
De Nationale ombudsman oordeelde dat de klacht over het college van burgemeester en wethouders van Aalsmeer niet gegrond is, nu niet was gebleken van strijd met het vereiste van actieve en adequate informatieverstrekking.
