2009/204

Rapport

De vriendin (R.) van de zoon van verzoeker raakte op straat slaags met een aantal voorbijgangers en werd door hen in haar gezicht geslagen. Op enig moment belde R. verzoeker op, waarna verzoeker . ter plaatse kwam en in verband met het letsel dat R. had opgelopen voor R. een ambulance bestelde. Kort daarna kwam de politie ter plaatse. Nadat de politie het letsel van R. had bekeken achtte de politie acute medische hulp niet nodig en bestelde de politie de ambulance af.

Verzoeker klaagde erover dat een met naam genoemde politieambtenaar van het regionale politiekorps Limburg-Zuid op 13 oktober 2008 de eerder door verzoeker ten behoeve van mevrouw R. bestelde ambulance heeft afgezegd.

De Nationale ombudsman oordeelde dat de politie niet handelde in strijd met het vereiste van professionaliteit door de ambulance voor R. af te bestellen. Daarbij was het volgende van belang. De politie kwam kort na de melding (om 13:00 uur) van de vechtpartij op straat ter plaatse (na 13:30 uur) en bemoeide zich direct met R. en bekeek het letsel van R. Dit letsel was volgens de politie niet van zodanig ernstige aard dat de komst van de ambulance nodig was. De politie bestelde de ambulance af en maakte aan R. duidelijk dat het haar eerste zorg was dat R. voor medische zorg naar de huisarts kon. De praktijk van de huisarts bevond zich vlakbij de plek waar het incident plaatsvond. Op dat moment was R. nog slecht als slachtoffer aangemerkt. Kort daarna werd R. als verdachte aangehouden (om 14:00 uur). De politie droeg er vanaf dat moment zorg voor dat er bij aankomst van R. op het bureau een GGD arts aanwezig was om R. en haar letsel te onderzoeken. R. werd vervolgens in het cellencomplex door de GGD arts onderzocht (omstreeks 15:00 uur). Deze arts bevestigde de geringe ernst van het letsel van R. De Nationale ombudsman was ervan overtuigd dat de politie een juiste inschatting van het letsel van R. maakte en dat de door verzoeker bestelde ambulance overbodig was. Daarnaast kon worden vastgesteld dat de politie ervoor zorgde - zowel voor als na de aanhouding van R.- dat er binnen afzienbare een arts was die (het letsel) van R. kon onderzoeken.

Vereiste van professionaliteit, behoorlijk.

Instantie: Regiopolitie Limburg Zuid

Klacht:

De eerder door verzoeker ten behoeve van mevrouw R. bestelde ambulance afgezegd.

Oordeel:

Niet gegrond