Stapje naar elkaar toe

Op deze pagina

    Column

    Als ombudsman ervaar ik dat in vrijwel alle gevallen waarin het misgaat tussen overheid en burger  een investering van de overheid in goede verhoudingen ervoor zorgt dat de spanningen niet verder oplopen. Deze investering kan bijvoorbeeld zijn het even bellen met een inwoner of met hem aan tafel gaan zitten voor een goed gesprek. Zo'n opstelling van de overheid leidt vaak ook tot minder juridische procedures. Want zulke procedures zijn vaak een onderdeel van een escalatieproces. Een mooi voorbeeld hiervan is de zaak van Eric*.

    Hij logeert tijdelijk bij zijn ouders omdat hij midden in een verhuizing zit. Op een avond stapt hij in zijn auto om naar de sportschool te gaan. De auto staat in een nieuwbouwwijk om de hoek van zijn ouderlijk huis geparkeerd. Als hij het parkeervak uitrijdt komt hij ergens tegenaan en de auto zit plots vast. Hij stapt uit en ziet dat hij met een voorband over de rand van een soort betonnen bak is gereden. Die bak is bedoeld om een boom in te zetten en bestaat uit vier randen ter hoogte van een stoeprand. Omdat de bak niet gevuld is met zand, hangt Erics auto nu met één voorband in de bak en kan geen kant meer uit. Hij belt met een bevriende automonteur, die de auto uiteindelijk uit de bak bevrijd met een krik. De auto is echter wel beschadigd en de voorband is gescheurd door de aanrijding met de bak. Een flinke reparatie dus die Eric zo'n €700,- kost.

    Eric vindt dat zijn gemeente Gilze en Rijen de lege bak in de nieuwbouwwijk beter had moeten markeren. Doordat de weg niet was verlicht en hij in het donker kwam aanlopen vanaf de andere kant, heeft hij de bak niet kunnen opmerken. Hij schrijft een brief waarin hij de gemeente vraagt zijn schade te vergoeden. De gemeente laat echter weten dit niet te doen. Ondermeer omdat aan het begin van de straat aangegeven staat dat het om een bouwweg gaat. Dit waarschuwt mensen en die hebben dan de plicht extra oplettend te zijn omdat er wellicht obstakels op de weg zijn. Eric vindt desondanks nog steeds dat de bak gemarkeerd had moeten zijn en schrijft de gemeente opnieuw een brief waarin hij duidelijk aangeeft waarom. Maar de gemeente blijft bij de weigering. Daarop legt hij zijn zaak voor aan mij.

    Kijkend naar Erics motivering en de argumenten van de gemeente, vraag ik de gemeente haar opstelling nog eens te overwegen en te bekijken of ze Eric niet toch tegemoet kan komen. Voor beide benaderingen van het probleem valt wel iets te zeggen. Dit doet de gemeente en gaat samen met Eric om tafel zitten. Uiteindelijk doen ze beiden een stapje naar elkaar toe en komen ze eruit. Eric krijgt de helft van zijn schade vergoed. Door deze minnelijke oplossing hoeft Eric niet met zijn zaak naar de rechter en dat scheelt hem én de gemeente een hoop spanning, tijd en geld. Een bijdrage tot goede verhoudingen lijkt mij.

    * Om privacyredenen is de naam veranderd