Geld maakt niet (altijd) gelukkig

Op deze pagina

    Column

    De overheid wordt steeds complexer en burgers raken daardoor soms in de knel. Ik maak mij hier ernstig zorgen over. Neem het verhaal van mevrouw Doornbos*. Een voorbeeld van hoe iemand financieel de dupe is door een forse nabetaling door de overheid. In haar woorden: "Als burger ben je niet altijd geholpen met een grote som geld van de overheid."

    De gehandicapte dochter van mevrouw Doornbos ontvangt sinds 1998 een gedeeltelijke WAO-uitkering. In 2006 besluit het UWV dat haar dochter alsnog recht heeft op een Wajong-uitkering. Dat is een uitkering voor jonge gehandicapten die niet genoeg verdienen om van te leven. Dit komt voor haar neer op het forse bedrag van € 16.000. Maar in plaats van voordeel, levert het mevrouw Doornbos en haar dochter alleen maar kluwen van problemen op. De nabetaling van het UWV heeft namelijk financiële consequenties voor de huur- en zorgtoeslag, de inkomstenbelasting en de gemeentelijke toeslag die de dochter een aantal jaren heeft ontvangen. Omdat ze het ontvangen geld weer moeten inleveren, vraagt mevrouw Doornbos het UWV om het bedrag toch maar niet uit te betalen. Maar dat kan niet. Het UWV laat weten dat de regels moeten worden uitgevoerd. Een verzoek aan de Belastingdienst om de belasting over het bedrag uit te smeren over de voorgaande jaren blijkt ook niet mogelijk. Ze moet dus over dit hoge inkomen fors belasting betalen.  Al met al verdwijnt het hele bedrag van € 16.000 als sneeuw voor de zon.

    Daar sta je dan in de kou. Mevrouw Doornbos besluit daarom mij in te schakelen. Ze vindt dat de betrokken instanties op geen enkele manier oog hebben gehad voor de uitzonderlijke gevolgen van de nabetaling. Ik vind het van cruciaal belang dat betrokken instanties in zo'n situatie goed samenwerken en kijken naar de gevolgen van hun acties en mensen daarbij ondersteunen. Het stelt mij teleur dat dat in deze zaak niet voldoende is gebeurd. Daarom nodig ik mevrouw Doornbos, de Belastingdienst, het UWV en de betrokken gemeente uit voor een gesprek. In dit gesprek realiseren de betrokken instanties zich dat ieder van hen de regelgeving op zijn terrein juist heeft toegepast, maar dat er toch grote financiële problemen ontstaan voor dochter Doornbos. De regeltjes voor de belastingen het UVW en de gemeente zijn niet goed op elkaar afgestemd. De betrokken instanties spreken bij mij aan tafel af dat zij onderling contact opnemen om de benodigde informatie over en weer uit te wisselen. Met als doel om ontstane nadelige financiële situatie voor dochter Doornbos zoveel mogelijk te beperken. Daarnaast krijgt zij een vaste contactpersoon bij de instanties en gaat het UWV kijken hoe zij in de toekomst bij een nabetaling de betrokkene zo goed mogelijk kan informeren over de eventuele gevolgen.

    Ik ben blij dat de betrokken instanties zich willen inzetten om de ontstane problematiek op te lossen.  Hopelijk kunnen mevrouw Doornbos en haar dochter de zaak nu eindelijk laten rusten.

    * Om privacyredenen is de naam veranderd