Achtergrondinformatie

Op deze pagina

    De benoeming van de Nationale ombudsman is geregeld in de wet Nationale ombudsman. De Tweede Kamer bepaalt wie de Nationale ombudsman wordt. Een speciale commissie begeleidt de sollicitatieprocedure, en adviseert de Tweede Kamer. In deze commissie zitten de vicepresident van de Raad van State, de president van de Hoge Raad der Nederlanden en de president van de Algemene Rekenkamer.

    Er is niet vastgelegd welke achtergrond of ervaring de Nationale ombudsman moet hebben. Kennis van het recht en van het openbaar bestuur zijn in elk geval belangrijk.

    Periode van zes jaar

    De Tweede Kamer benoemt de Nationale ombudsman voor een periode van zes jaar. Bij een herbenoeming wordt zijn functie met zes jaar verlengd. De Tweede Kamer kan de Nationale ombudsman niet zomaar ontslaan. Er moeten speciale redenen zijn, die ook in de wet staan. Bijvoorbeeld als de ombudsman dingen doet die het vertrouwen in hem beschadigen.

    Verder geldt voor de Nationale ombudsman:

    • De Nationale ombudsman heeft dezelfde rechtspositie als politici.
    • Het salaris van de Nationale ombudsman is vastgelegd in de wet.
    • De Nationale ombudsman moet onpartijdig en onafhankelijk kunnen werken. Daarom mag hij naast zijn werk als ombudsman sommige andere openbare functies niet uitvoeren.

    Benoeming substituut ombudsman

    In de Wet Nationale ombudsman staat dat de Tweede Kamer één of meer substituut ombudsmannen kan benoemen. Als er een nieuwe Nationale ombudsman komt, mag hij een eigen aanbeveling doen voor een substituut ombudsman. Meestal komt er dus ook een nieuwe substituut ombudsman als er een andere Nationale ombudsman wordt benoemd.

    Achtergrond en wet

    In Zweden bedachten ze het idee van een onafhankelijke bemiddelaar tussen twee partijen. Dat werd de ‘ombudsman’: wat Zweeds is voor 'vertegenwoordiger'. Veel landen namen dit idee over, aangepast aan hun eigen wensen. Maar in al deze landen staat in de wet dat de ombudsman een onafhankelijke positie heeft. In bijna alle landen met een Nationale ombudsman voert één persoon deze functie uit. 

    In Nederland bestaat de Nationale ombudsman sinds 1982. In 1981 is de Wet Nationale ombudsman vastgesteld, en sinds 1999 staat de functie van Nationale ombudsman ook in de Grondwet. Hierin staat dat de Nationale ombudsman op verzoek of uit zichzelf het gedrag van de overheid onderzoekt. In de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is vastgelegd wat de ombudsman wel en niet mag doen; welke klachten hij mag behandelen bijvoorbeeld.