2011/109: Asielzoeker klaagt dat bij incident in detentiecentrum IBT is ingezet

Rapport

Verzoeker, een asielzoeker van Burundische nationaliteit, verbleef nadat hij asiel had aangevraagd tijdelijk in het detentiecentrum Schiphol-Oost. Hij klaagt er onder meer over dat er tijdens een incident op 13 mei 2007 het Interne Bijstand Team (IBT) is ingezet om hem af te voeren naar een afzonderingscel. Ook klaagt hij erover dat hij drie dagen in afzondering werd gesteld. Daarnaast had hij klachten over het regime van de afdeling waar hij een deel van de tijd was geplaats.

Omdat er onaangekondigd een wake werd gehouden dicht bij de hekken van de luchtplaats waar verzoeker zich met andere gedetineerden bevond, ontstond er onrust onder de bewakers. De directie van het detentiecentrum besloot daarop tot inzet van het ITB. Verzoeker en de andere gedetineerden werden aangemaand terug te keren naar hun cellen. Aan dit verzoek gaf verzoeker en ook enkele twaalf anderen geen gehoor. Uiteindelijk keerden ze zelf terug na afloop van de lunchpauze. Het ITB werd toen ingezet om onder anderen verzoeker in een afzondering cel te plaatsen. De directeur had hiertoe besloten vanwege de weigering gehoor te geven aan het verzoek/bevel om naar binnen te gaan. De Nationale ombudsman achtte de inzet van het IBT zowel onrechtmatig als in strijd met het beginsel dat grondrechten - in dit geval de onaantastbaarheid van het menselijk lichaam wordt gerespecteerd. De plaatsing in de afzonderingscel oordeelde de Nationale ombudsman als in strijd met het evenredigheidsvereiste. De maatregel tot afzondering kan op grond van het reglement grenslogies worden opgelegd om de veiligheid en orde te bewaren en zolang dit daartoe nodig is. Op het moment dat tot afzondering werd besloten en - nog wel voor drie dagen- was de situatie al onder controle. De maatregel die als orde maatregel bedoeld is leek meer als sanctiemaatregel te zijn opgelegd. Voor sanctiemaatregelen ontbrak de wettelijke basis. De klacht over de het regime werd ongegrond verklaard omdat het regime op die afdeling vrijwel identiek was aan het regime op de andere afdeling waar verzoeker geplaatst was. De Nationale ombudsmansprak in de slotbeschouwing nog zijn zorg uit over de moeite die verzoeker had moeten doen om zijn klachten behandeld te krijgen omdat het klachtrecht voor gedetineerden vreemdelingen in het grenslogies anders is geregeld dan op basis van de Penitentiaire beginselenwet.

Instantie: Detentiecentrum Noord-Holland (locatie Schiphol-Oost)

Klacht:

wijze van ontvangst in detentiecentrum

Oordeel:

Geen oordeel

Instantie: Detentiecentrum Noord-Holland (locatie Schiphol-Oost)

Klacht:

regime toegepast welke niet op verzoeker van toepassing was

Oordeel:

Niet gegrond

Instantie: Detentiecentrum Noord-Holland (locatie Schiphol-Oost)

Klacht:

Interne Bijstand Team (IBT) ingezet bij plaatsing in afzonderingscel

Oordeel:

Gegrond

Instantie: Detentiecentrum Noord-Holland (locatie Schiphol-Oost)

Klacht:

in afzonderingscel geplaatst voor drie dagen

Oordeel:

Gegrond