2009/284

Rapport

Verzoeker fietste op een woensdagnacht om 2.30 uur van Amsterdam naar Zwanenburg, toen de politie hem plotseling de weg blokkeerde. De politieambtenaren vroegen verzoeker waar hij vandaan kwam, waar hij naartoe ging en of hij zich wilde legitimeren. Nadat zijn gegevens bij de meldkamer waren geverifieerd, mocht verzoeker zijn weg weer vervolgen.

Verzoeker klaagde erover dat de politie hem had staande gehouden en hem ongepaste vragen had gesteld.

Het politieoptreden was gericht op de opsporing van strafbare feiten, te weten de handel in drugs. De Nationale ombudsman oordeelde dat verzoekers aanwezigheid op de verlaten weg als opvallend kon worden beschouwd. De politieambtenaren waren bevoegd om verzoeker een aantal informatieve vragen te stellen, zoals "wie bent u" en "waar komt u vandaan". Hiervoor was geen verdenking nodig. Niet was gebleken dat verzoeker daadwerkelijk staande is gehouden. Het was niet onredelijk dat de politieambtenaren verzoeker hebben laten stoppen, hem een aantal vragen hebben gesteld en hem op zijn legitimatie hebben gevraagd.

De politie heeft het redelijkheidsvereiste niet geschonden.

Instantie: Regiopolitie Kennemerland

Klacht:

Zonder gegronde reden in de nacht van 1 op 2 april 2009 staande gehouden; ongepaste vragen gesteld.

Oordeel:

Niet gegrond