2008/316

Rapport

Verzoeksters dochter ontving jarenlang een gedeeltelijke WAO-uitkering. In 2006 besloot het UWV, na een herkeuring, dat haar dochter met terugwerkende kracht vanaf 1998 een Wajong-uitkering ontving. Door die beslissing ontving haar dochter een forse nabetaling. Deze nabetaling bracht echter allerlei administratieve problemen en financiële nadelen met zich mee op het gebied van inkomstenbelasting, huur- en zorgtoeslag en de gemeentelijke langdurigheidstoeslag.

Verzoekster klaagt erover dat het UWV in 2007 aan haar dochter een bedrag van bijna € 16.000 nabetaalde, maar daarbij op geen enkele manier oog heeft gehad voor of ondersteuning heeft geboden bij de financiële en administratieve problemen die het gevolg zijn van deze nabetaling.

De Nationale ombudsman overwoog dat, door de nabetaling van het UWV, verzoekster in de problemen kwam met de Belastingdienst en de gemeente. Ook bestond er een reële kans dat de ontvangen nabetaling de daaruit voortvloeiende belastingaanslagen en het afwijzen van toeslagen niet zou compenseren. Daarom nodigde de Nationale ombudsman alle betrokken partijen uit, te weten verzoekster, de Belastingdienst, het UWV en de betreffende gemeente. Het doel was om in overleg tot acties te komen die de nadelige administratieve en financiële gevolgen voor verzoekster en haar dochter zoveel mogelijk zouden beperken. Hiertoe werd een bijeenkomst georganiseerd waarbij alle partijen onder leiding van de Nationale ombudsman hierover in gesprek gingen. Het resultaat van deze bijeenkomst was dat de instanties onderling contact opnamen om de benodigde informatie over en weer uit te wisselen zodat de financiële gevolgen en administratieve rompslomp voor verzoekster zoveel mogelijk beperkt bleven. Ook kreeg verzoekster bij de Belastingdienst en het UWV een vast contactpersoon die zij rechtstreeks kon benaderen bij eventuele problemen of onduidelijkheden. Tot slot zegde het UWV toe instrumenten te ontwikkelen zodat bij een nabetaling de betrokkene zo goed mogelijk wordt geïnformeerd over eventuele gevolgen.

Alles overziend oordeelde de Nationale ombudsman dat van het UWV en de Belastingdienst meer inspanningen verwacht mogen worden op het moment dat een nabetaling financiële consequenties heeft of dreigt te hebben.

Instantie: UWV Zwolle

Klacht:

Verzoekers dochter met terugwerkende kracht € 16.000 netto nabetaald, zonder oog te hebben of ondersteuning te bieden bij de financiële en administratieve problemen die het gevolg zijn van deze nabetaling.

Oordeel:

Gegrond