Verzoekers partner, een man van Indiase nationaliteit, wilde bij zijn Nederlandse partner in Nederland gaan wonen en diende een mvv-aanvraag in bij het Nederlandse Consulaat in India. In verband met de aanvraag moest hij een gelegaliseerde en inhoudelijk geverifieerde ongehuwdverklaring overleggen.
Verzoeker klaagde erover dat het consulaat-generaal in het kader van de legalisatie/verificatieprocedure de gegevens met betrekking tot de mvv-aanvraag ten behoeve van zijn partner aan een onderzoeksbureau ter beschikking heeft gesteld.
De Nationale ombudsman overwoog dat de minister van Buitenlandse Zaken in zijn reactie niet duidelijk heeft gemaakt waarom de vertrouwenspersoon ten behoeve van het verificatieonderzoek over de mvv-aanvraag diende te beschikken. De onderzochte gedraging is op het punt van het recht op privacy dan ook niet behoorlijk.
Daarnaast klaagde verzoeker erover dat dit onderzoeksbureau een 'social investigation' heeft gedaan zonder dit vooraf aan zijn partner mee te delen. De Nationale ombudsman overwoog ten aanzien van dit punt dat het in het belang van het goede verloop van het verificatieonderzoek en gezien het gevaar van beïnvloeding niet onredelijk was dat verzoekers partner er niet over geïnformeerd was dat gesprekken zouden kunnen plaatsvinden met personen uit zijn directe omgeving. De onderzochte gedraging was op dit punt behoorlijk.
Tenslotte klaagde verzoeker erover dat medewerkers van het onderzoeksbureau vragen hebben gesteld over de aard van diens relatie met hem. Het consulaat generaal diende er als verantwoordelijk bestuursorgaan op toe te zien dat het onderzoeksbureau het verificatieonderzoek juist uitvoerde. De beantwoording van de vragen die zijn gesteld over de aard van de relatie van verzoeker en zijn partner waren niet van belang voor dit onderzoek. Het is daarom niet juist dat deze vragen gesteld zijn. Dit geldt temeer nu het ging om een homoseksuele relatie en hier een zwaar taboe op rustte in India. Het consulaat-generaal heeft er onvoldoende op toegezien dat het onderzoeksbureau het onderzoek beperkte tot het verificatieonderzoek. De onderzochte gedraging is niet behoorlijk wegens schending van het vereiste van adequate organisatorische voorzieningen.